Uitgeverij 2.0
Dankzij internet kan nu iedereen voor uitgever spelen. Achter de computer beslist een groep geïnteresseerde leken of een boek op de markt komt, ja of nee.
Coen de Bruijn heeft zijn manuscript zo goed als af als hij eerder dit jaar in nrc.next leest over Schrijversmarkt, de website waarop schrijvers hun manuscripten kunnen plaatsen en waarop supporters kiezen welke daarvan worden uitgegeven. „Ik was al op zoek naar een drukker om het boek in eigen beheer uit te geven.” In zijn boek laat de schrijver uit Zeist met kleurrijke voorbeelden zien hoe media, reclame en politiek keer op keer met cijfers stoeien en knoeien.
Zijn interesse voor statistiek komt voort uit zijn eerste baan, bij een bedrijf dat software op statistisch gebied levert. „Ook nadien bleef het onderwerp me boeien. Cijfers die bijvoorbeeld in een krantenbericht opduiken, wil ik altijd doorgronden. In de loop van de tijd ben ik voorbeelden gaan verzamelen en heb ik wat zaken op papier gezet.”
Er zijn auteurs die een manuscript opsturen naar een bekende uitgeverij en een maand of wat later hun eerste eigen boek in handen hebben. Afwijzingen komen echter veel vaker voor. Alleen boeken waar de uitgever brood in ziet, komen op de markt. Dat wil niet zeggen dat ze nooit een bestsellerauteur over het hoofd zien. J. K. Rowling bijvoorbeeld, moest met haar Harry Potterboeken een hele rits uitgevers langs voor iemand ermee verder durfde.
Schrijvers die keer op keer de kous op de kop krijgen –of helemaal geen zin hebben de boer op te gaan– krijgen nu een kans op schrijversmarkt.nl. Ze mogen hun werk kosteloos op de website parkeren. Boekenwurmen kunnen het manuscript lezen, beoordelen en steunen met een donatie van 5 euro. Heeft een manuscript 250 unieke supporters, dan verschijnt het in druk. Elke supporter ontvangt een exemplaar en daarnaast krijgt het een plaats in de boekhandel.
Sinds begin dit jaar, toen Schrijversmarkt online ging, hebben vele tientallen manuscripten er een plaats gevonden. Twee schrijvers hebben inmiddels voldoende aanhang. Het eerst boek, ”Economie voor wereldverbeteraars” van Peter van der Wel, komt eind juni op de markt. De Bruijn is de tweede. ”Van tofu krijg je geheugenverlies” zal net na de zomer verschijnen.
Het idee voor Schrijversmarkt is geïnspireerd door SellaBand, zegt Floor Plikaar, een van de initiatiefnemers. SellaBand is een website waarop mensen kunnen investeren in musici. Bij 5000 supporters krijgen musici de mogelijkheid een cd op te nemen.
Plikaar is samen met compagnon Folef van Nispen ook de motor achter Home Academy, dat hoorcolleges op cd uitgeeft. Voor Schrijversmarkt hebben ze een aparte uitgeverij opgericht.
Aanbieders van een manuscript moeten zelf hun pennenvrucht aan de man brengen. In eerste instantie wilde Plikaar een grens van duizend supporters aanhouden, maar dat is haar ontraden. „Dat zijn er veel te veel. Anderzijds is het niet onmogelijk om, wanneer een manuscript echt goed is, 250 mensen te overtuigen. Al regel je dat niet even via vrienden. Mensen moeten echt aan de slag met e-mail, blogs en sociale media.”
Niet iedereen steekt daar overigens energie in. Bij veel manuscripten staat na enkele weken de teller nog steeds op nul of een. „Dan vragen wij ons af of een auteur vrienden en bekenden wel heeft ingelicht. Dat is de eerste stap, al staat of valt alles uiteindelijk met de kwaliteit van het manuscript zelf en of mensen daar 5 euro in willen investeren.”
Erg is het niet dat het gros van de manuscripten weinig of geen belangstelling krijgt en waarschijnlijk de moeite van het lezen nauwelijks waard is. „Het systeem werkt zo dat slecht werk automatisch naar de achtergrond verdwijnt en goede manuscripten boven komen drijven.”
Die vrijheid heeft ook nadelen, want rijp en groen kan zijn denkbeelden spuien. Plikaar is daar niet zo bang voor. „Dan is het publiek aan zet. Kritiek kan keihard zijn, maar bovenal zien we opbouwende kritiek, die een manuscript juist beter kan maken. We doen niet aan voorselectie, maar zullen strafbaar materiaal uiteraard verwijderen.”
De eerste twee boeken die de eindstreep halen, gaan beide over een specifiek onderwerp – economie en statistiek. Is dat tekenend? Plikaar: „Ik kan me voorstellen dat de doelgroep met dit soort boeken makkelijker te bereiken is. Toch moet het voor een romanschrijver met een goed verhaal en een stevig netwerk ook mogelijk zijn.”
Ook De Bruijn is van mening dat een roman moeilijker aan de man te brengen is. „Zakelijke relaties zullen er niet snel op stemmen, of je wilt ze er niet mee lastig vallen. Dan blijf je toch steken bij familie of vrienden.”
Met dank aan de Wiskundemeisjes
Tien weken kost het Coen de Bruijn om 250 mensen zover te krijgen dat ze 5 euro of meer doneren. Hoe krijgt een onervaren auteur het voor elkaar om mensen enthousiast te maken voor een manuscript dat over statistiek gaat?
In de eerste plaats door er een prikkelende titel boven te zetten. Wie de absurde stelling ”Van tofu krijg je geheugenverlies” leest en ook maar een beetje nieuwsgierig is, wil weten wat volgt.
Er is meer dat De Bruijn goed heeft begrepen. Steun komt niet vanzelf aanwaaien, dus lobbyt hij flink bij vrienden en (oud-)collega’s, die vervolgens hun eigen kennissenkring aanboren. „De eerste 125 supporters zijn voor het merendeel bekenden. Daarna krijgen onbekenden de overhand, van wie denk ik de helft door vrienden is getipt.”
De enthousiaste schrijver blijft er ook na de eerste weken werk van maken en boort veelvuldig nieuwe media aan, zoals Twitter, Facebook, LinkedIn en diverse weblogs. „Via LinkedIn heb ik mensen benaderd die iets met statistiek te maken hebben en met wie ik in het verleden mee heb samengewerkt. Dat heeft heel wat opgeleverd.”
Veel heeft De Bruijn te danken aan de Wiskundemeisjes. De makers van een populaire, meermalen bekroonde weblog over alles wat met wiskunde te maken heeft, zijn bereid om een aanbeveling op hun site te plaatsen. „De dagen daarna schoot het aantal supporters met tientallen omhoog. Dat bleek net het zetje dat nodig was om me over de 200 te helpen. Op dat punt zijn ook vreemden bereid om 5 euro te investeren. De kans dat het boek echt verschijnt, neemt immers met de dag toe.”