Nederlandse militairen werden vergeten na Koreaanse oorlog
SCHAARSBERGEN – Terwijl Nederland volop bezig was met de wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog en oorlogsmoe was na de strijd in Nederlands-Indië, raakte het tegen wil en dank betrokken bij de Koreaanse Oorlog.
Noord-Koreaanse troepen, voorafgegaan door tanks, overschreden op 25 juni 1950 om 04.00 uur de 38e breedtegraad die de grens met het niet-communistische Zuid-Korea vormde. Seoul, de hoofdstad van Zuid-Korea, viel reeds de volgende dag. De Amerikaanse president Truman gaf zijn strijdkrachten opdracht in te grijpen, maar de Noord-Koreaanse opmars leek niet te stuiten.
Het communistische regime in Noord-Korea benutte de kans snel een eind aan de oorlog te maken, echter niet. De Zuid- Koreanen herstelden zich enigszins van de eerste schok en Amerika kreeg hulp van andere landen. Deze geallieerden wisten zich gedurende zes weken van zware gevechten staande te houden in het bruggenhoofd van Busan.
Op 15 september voerden de VN-troepen een verrassingsaanval uit. Militaire eenheden landden en andere troepen braken door vanuit het bruggenhoofd. Ze heroverden Seoul en sneden Noord-Koreaanse eenheden af van de hoofdmacht. De communisten werden steeds verder teruggedreven en eind oktober bereikten de geallieerden op één plaats de grens met Mantsjoerije.
China schoot Noord-Korea echter te hulp. De Nederlandse troepen die inmiddels waren aangevoerd en die nog volop aan het trainen waren, raakten nu bij de gevechten betrokken. Een voorstel van de Amerikaanse bevelhebber MacArthur de atoombom in te zetten tegen China, werd verworpen.
De strijd sleepte zich voort tot in 1953, na drie jaar en een dag, een wapenstilstand werd afgekondigd. Vrede is er nooit gesloten en tal van keren –ook heel recent– kwam het tot incidenten. De Koreaanse Oorlog kostte 2 miljoen burgers en militairen het leven. Noord- en Zuid-Korea bleven als puinhopen achter. Het Noord-Koreaanse regime grendelde het land hermetisch af.
De Koreaanse Oorlog wordt de vergeten oorlog genoemd, en de Nederlandse deelnemers klaagden dat zij een vergeten bataljon waren. Zowel de landmacht als de marine werd ingezet, vanuit de noodzaak „paal en perk te stellen aan de communistische expansie, die zich telkens op een ander punt in de wereld doet gevoelen.”