„In principe openbaar vervoer. Ik ben naar Den Haag verhuisd om dichter bij mijn werk te wonen en ik ga elke dag met de fiets. Ik heb een auto voor lange ritten naar familie en afgelegen werkbezoeken.”

Vliegtuig of hogesnelheidstrein?

„Tja. Ik ben eigenlijk niet zo’n grote reiziger. Ik vlieg gemiddeld één keer per jaar voor vakantie. Het is wel tijd voor een weekendje Parijs. Dat lijkt me wel wat met zo’n mooie Thalys.”

Gloeilampen of spaarlampen?

„Driekwart van onze lampen thuis is een spaarlamp. Ik sta altijd weer versteld van de grote besparingen die je daarmee kunt halen. We hebben ook geëxperimenteerd met leds, maar die maakten een beetje een gekke piep.”

Groene of grijze stroom?

„Groene stroom.”

Douche of ligbad?

„Douche, badderen heeft mij nooit echt kunnen bekoren.”

Een boodschap 1 kilometer verderop. Op de fiets?

„Ik doe meestal mijn boodschappen op de fiets uit m’n werk. Weekendboodschappen doen we wel met de auto.”

Rentmeesterschap. Wat betekent dat voor u?

„Dat betekent dat ik bewust in het leven sta. Ik kan me er echt over verbazen dat we als mensen zo veel rommel produceren. Kijk eens naar al het overbodige drukwerk dat we dagelijks in de bus krijgen. In de Kamer is dat helemaal erg. Ik wil mijzelf telkens de vraag stellen of ik iets wel echt nodig heb. Daarbij maak ik als het even kan de groene keuze. De keuken hebben we bijvoorbeeld ingericht met energiezuinige apparaten.”