Test: Oudste grafpiramide Midden-Amerika gevonden
MEXICO-STAD (AP) – Archeologen hebben in de Zuid-Mexicaanse deelstaat Chiapas mogelijk de oudste grafpiramide van Midden-Amerika gevonden. In de piramide bevindt zich een tombe van zo'n 2700 jaar oud, een kleine duizend jaar ouder dan de grafpiramides van de Maya's.
De tombe vormde het graf van een hoogwaardigheidsbekleder die op ongeveer 50-jarige leeftijd overleed. De man was begraven met halskettingen van jade, kunstvoorwerpen van pyriet en vulkanisch glas en vaten van aardewerk.
Volgens archeoloog Emiliano Gallaga stamt de tombe uit 700 tot 500 jaar voor Christus. De laag waarop de tombe is gebouwd -piramides werden over het algemeen in lagen aangelegd, de ene laag bovenop de andere- en de ongebruikelijke houten constructie wijzen erop, „dat dit een van de vroegste ontdekkingen is van het gebruik van een piramide als tombe en niet alleen als religieuze plek of tempel”, aldus Gallaga.
Pre-Spaanse culturen bouwden piramides ter verbeelding van de niveaus die leidden van de onderwereld naar de hemel; op het hoogste punt bevond zich normaal gesproken de tempel.
De tombe werd gevonden in Chiapa de Corzo, in het zuiden van de deelstaat Chiapas. Het bouwwerk is mogelijk duizend jaar ouder dan de bekendere grafpiramide van de Maya-heerser Pakal, die eveneens in Chiapas ligt.
Mogelijk was de hoogwaardigheidsbekleder een priester of heerser in Chiapa de Corzo, een belangrijke nederzetting in de tijd dat de tombe werd aangelegd. De man lag begraven in een stenen kamer. Een houten dak kroonde de ruimte, maar het hout bezweek al lang geleden onder het gewicht van de bovenop de tombe aangelegde piramide.
In april onderzochten archeologen de interne structuur van de piramide toen zij op een muur stuitten waarvan de stenen naar binnen gericht leken. Opgravingen hier legden vorige week de stenen kamer van vier bij drie meter bloot. De tombe lag zo’n zes à zeven meter onder de top van de piramide.
Op het lichaam van de man was op zorgvuldige wijze het lichaam van een 1-jarig kind gelegd. Het lichaam van een 20-jarige man was minder zorgvuldig in de kamer gegooid. Mogelijk was de laatste tijdens de begrafenis geofferd. De man was begraven met halskettingen en armbanden van jade en andere sieraden met parels. Zijn gezicht was bedekt met wat lijkt op een begrafenismasker waarin ogen van vulkaanglas waren aangebracht.
Nabij de tombe van de man lag de tombe van een 50-jarige vrouw. Zij was begraven met vergelijkbare sieraden.
De sieraden -sommige afkomstig van plekken zo ver als Guatemala en Centraal-Mexico- en sommige van de vijftien aardewerken vaten vertonen invloeden van de Olmec-cultuur, die al langer wordt beschouwd als de ‘moedercultuur’ van de regio.