J.W. Ooms: Profeet in de Alblasserwaard
W. Ooms (1914-1974) was een profeet die in zijn eigen streek niet altijd werd geëerd. Dat stelt biograaf Jan Boele in zijn boeiende boek over deze schilderende schrijver uit de Alblasserwaard.
Ooms trouwde met een vrouw die 25 jaar ouder was dan hij en had een buitenechtelijke relatie. Hij was verzetsstrijder en politicus. Hij hield van dammen en van geiten fokken. Hij was beminnelijk en eigenzinnig. Het levensverhaal van J. W. Ooms is beslist niet saai.„Van blommechies en tekenen kun je niet leven”, vond vader Ooms, toen hij merkte dat zoon Jo met zwaar lichamelijk werk weinig op bleek te hebben. Nadat Jo op 14-jarige leeftijd met z’n eerste jeugdverhaal zo veel had verdiend dat je er „wel drie keuen” voor kon kopen, begon vader Arie zijn talent toch te waarderen.
Jo kocht echter geen „keuen.” Hij werd zetter bij een drukkerij en bedacht ondertussen verhalen. P. J. Risseeuw, vooraanstaand schrijver in protestantse kringen, stimuleerde hem en bracht hem in contact met schrijvende tijdgenoten als Anne de Vries en Jan H. de Groot.
Vader Ooms ervoer opnieuw groot onbegrip toen Jo op z’n 23e trouwde met de weduwe Annie Goosens, die 48 was en een dochter van 17 jaar had. Ze was Jo’s hospita in Rotterdam, waar hij na zijn militaire dienst werk had gevonden bij een kleine drukkerij. Aan de afkeuring van vader Ooms –en anderen– stoorden Jo en Annie zich niet. Ze waren aanvankelijk gelukkig met elkaar, al vond Jo het moeilijk dat hij door zijn huwelijk met een oudere vrouw geen kinderen zou krijgen.
De ene na de andere (streek)roman verscheen, vooral toen Ooms kort na zijn huwelijk werkloos werd. Al woonde hij er niet meer, toch bleef de Alblasserwaard het decor in zijn verhalen – en daarmee is Ooms, aldus Boele, de eerste die het leven van alledag in het westelijk deel van de Alblasserwaard heeft beschreven. Dat maakt zijn werk in cultureel en historisch opzicht de moeite waard. Hij wist de bewoners van de Alblasserwaard raak te typeren. Bovendien was hij een geboren verteller met aandacht voor het handelen van mensen.
Dat laatste was de kracht en tegelijk de zwakte van zijn werk. Vooral de reacties van mensen boeiden Ooms, en niet gebeurtenissen op zich. Hij schreef dus niet zozeer maatschappelijk geëngageerde verhalen. Evenmin gaf hij zijn karakters veel psychologische diepgang. Als zijn personages veranderden, gebeurde dat meestal van het ene op het andere moment onder invloed van het geloof. Daar stoorden recensenten zich soms aan, net als aan de breedvoerige passages die nogal eens in het werk van Ooms voorkwamen.
In de Alblasserwaard zelf had men ook bedenkingen. Precieze plaatsaanduidingen combineerde Ooms met volledig onwaarschijnlijke personen en situaties. Het gevolg was dat de bevolking hem als een fantast beschouwde. Dat hij de Alblasserwaarders bovendien met lichte ironie tekende, namen zij hem ook niet in dank af.
Hoge oplages en diverse herdrukken laten zien dat zijn romans desondanks bijzonder gewaardeerd werden. Vooral in protestantse kringen vonden ze gretig aftrek. Het echte geluk ligt alleen in God, dat was de kern van de verhalen van Ooms, die zich thuis voelde bij de Gereformeerde Bond, de rechterflank in de Nederlandse Hervormde Kerk. In zijn boodschap vonden de lezers herkenning en houvast. „De kritiek dat zijn schrijfstijl moraliserend en gekunsteld was, legden ze naast zich neer”, stelt Boele.
Ook voor de korte verhalen die Ooms schreef en de lezingen die hij over zijn werk hield, was veel belangstelling, terwijl tentoonstellingen van zijn schilderijen evenzeer een succes bleken.
Het privéleven van de schrijver verliep minder voorspoedig. Annie en hij groeiden uit elkaar, zeker toen Jo een relatie kreeg met To Slob, die hij in 1955 tijdens een lezing had ontmoet. Zelf sprak Ooms niet over deze duistere kant in zijn bestaan. Andere bronnen worden niet genoemd, maar Boele constateert dat de schrijver niet meer wilde investeren in zijn huwelijk. Hoewel Annie niet van hem wilde scheiden, verliet hij haar toen ze al ziek was. Ruim een halfjaar na haar overlijden in 1964 trouwde Jo Ooms met To Slob.
”J. W. Ooms. Een biografie” is het resultaat van jarenlang grondig onderzoek, een boek zonder wetenschappelijke pretenties. Het is gebonden, rijk geïllustreerd en ziet er mooi uit, zij het niet heel professioneel. Dat laatste komt mede door de vormgeving van de (volle) pagina’s, waar de regels aan de rechterkant af dreigen te vallen. Samenvattingen van Ooms’ boeken zijn overzichtelijk opgenomen: chronologisch en in een afwijkende kleur.
De schrijfstijl is niet bijzonder creatief, maar over het algemeen helder. De diverse herhalingen zijn soms een beetje storend en de auteur luidt nieuwe thema’s wel erg vaak vragenderwijs in: „Was het plagiaat van Ooms?” En: „Wie was zij?” En: „Waaraan moest in Ooms’ ogen een goede roman voldoen?” De rol van Ooms in het verzet wordt genoemd, maar niet nader uitgewerkt.
Dit soort kleinigheden maakt het boek niet minder de moeite waard. Wie geïnteresseerd is het leven van mensen in het algemeen en in dat van christelijke auteurs in het bijzonder beleeft met deze nieuwe biografie aangename en leerzame uren.
Tot 4 september toont Historisch Museum Het Voorhuis in Bleskensgraaf een tentoonstelling over het leven en werk van J. W. Ooms. www.jwooms.nl
J. W. Ooms. Een biografie, Jan Boele; uitg. J. W. Ooms Stichting, 2010; ISBN 978 90 902 5139 4; 166 blz.; € 17,95.