Aan de oefening doen het Operationeel Ondersteuningscommando Land (OOCL), een compagnie van 11 Infanterie bataljon Luchtmobiel, een compagnie van het Korps Mariniers en een compagnie van 45 Pantserinfanteriebataljon uit Ermelo mee. De militairen gaan vooral te werk op diverse oefenterreinen van Defensie.Het is nog niet duidelijk hoeveel materiaal er terug naar Nederland moet komen en de hoeveelheid spullen die in Uruzgan blijft. „Dat hangt af van het land dat onze rol gaat overnemen en welke spullen dat land wil hebben”, aldus zegsman majoor Jan Venekamp. „We hebben voor de oefening gekozen voor de moeilijkste optie. Alles wat straks kan achterblijven maakt het alleen maar makkelijker”.

Het kabinet viel eind februari over de vraag of de missie in Uruzgan verlengd moest worden. De missie eindigt nu op 1 augustus. Alle militairen van de Task Force Uruzgan (TFU) zullen in december terug zijn in Nederland. De terughaaloperatie gaat minimaal een half jaar in beslag nemen, hoewel er rekening wordt gehouden met een uitloop van enkele maanden.

De terugtrekking van Nederlandse militairen en hun materieel uit de Afghaanse provincie Uruzgan valt twee keer zo duur uit als was begroot. Defensie ging er aanvankelijk van uit dat daarvoor 115 miljoen euro nodig zou zijn, maar denkt nu dat het 229 miljoen euro gaat kosten.

Wie Nederland opvolgt in Uruzgan, is nog steeds niet duidelijk. Naar verwachting hakt de NAVO daarover deze maand de knoop door.