Politiek

Vijf vragen aan minister De Jager

DEN HAAG (ANP) – Eerst staatssecretaris, nu minister van Financiën. Voor CDA’er Jan Kees de Jager was het dinsdag een bijzondere dag. Hij is in het demissionaire kabinet de opvolger van Wouter Bos als minister van Financiën.

23 February 2010 19:18Gewijzigd op 14 November 2020 09:56

Verrast, of zag het u aankomen? „Nee, het was tot op het laatste moment onbekend wat er zou gebeuren. De aanleiding is natuurlijk minder leuk, maar het is toch een hele verantwoordelijkheid die je op je neemt, en die uitdaging ga ik graag aan".

De gevolgen van de financiële crisis zijn nog volop merkbaar, het begrotingstekort over 2009 blijkt nog hoger uit te vallen dan al gevreesd. Is er wel reden voor blijdschap over deze post?

„We gaan inderdaad een lastige tijd tegemoet. Het tekort is vorig jaar flink opgelopen. Voor elke nieuw geboren baby betekent dat een extra schuld van 185.000 euro. Dus we moeten ingrijpen. De komende weken ga ik met mijn collega’s praten over de stand van de lopende begroting. En verder is er natuurlijk de afronding van de heroverwegingen".

Dan zijn er nog moeilijke kwesties als de terugbetalingsregeling met IJsland en de financiële positie van Griekenland. Maakt het voor uw internationale positie verschil dat u als demissionair bewindsman optreedt?

„Nee. We blijven ons hard maken voor de stabiliteit van de euro. De lijn die Wouter Bos heeft ingezet wordt gewoon voortgezet. We blijven een stevige koers varen ten opzichte van lidstaten die er met de pet naar gooien. En er is rond Griekenland in de Tweede Kamer een breed gedragen gevoel. Icesave is een ingewikkelde zaak. Dat dossier lag bij Bos en daar ga ik me snel in verdiepen.

Verandert het financiële beleid onder uw leiding?

„We zijn demissionair dus we moeten terughoudend zijn. Wat we wel kunnen doen is proberen de resultaten van de heroverwegingen een maand naar voren te halen om partijen de gelegenheid te geven ze mee te nemen bij het opstellen van de verkiezingsprogramma’s. Dan zou het ongeveer begin april zijn. Ik zal dat bespreken met de premier en de vicepremier. Ik vind dat je ambitieus moet zijn, maar het moet wel verantwoord zijn. We vragen veel van de werkgroepen, maar we moeten het wel proberen".

Al die zwartspaarders halen nu natuurlijk opgelucht adem?

„Nee zeker niet. Ook deze minister van Financiën blijft de zwartspaarders volgen".

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer