De ”Messiah” in één dag
„For unto us a Child is born”, klinkt het uit honderden jonge kelen. Vorige week kwamen scholieren van heinde en ver naar de Pieterskerk in Leiden om met elkaar de ”Messiah” in te studeren én uit te voeren in één dag. Een prestatie van formaat voor koor, docenten en dirigent.
Woensdagochtend. Vanaf halftien vult het gezang van zo’n 700 leerlingen het houten gewelf van de oude Pieterskerk. Toch is er om twee uur in de middag nog geen spoor van vermoeidheid op de gezichten te bekennen. Het koor krijgt juist een nieuwe impuls: de komst van het begeleidingsorkest en van minister Plasterk. Tot die tijd hebben de scholieren geoefend onder begeleiding van piano, vertelt Hanriëtte van der Ruigt, een van de organisatoren van de Leidse Scratch Muziekdagen.De Scratchdagen kennen een rijke geschiedenis. In 1988 werd er voor het eerst een ”scratch” uitgevoerd in de Pieterskerk. Scratch is Engels voor ”niets”. Dat is wat er gebeurt op zo’n scratchdag: een groep musici die niet met elkaar hebben geoefend start met studeren en voert diezelfde avond een muziekstuk uit. De ”Messiah” is een oratorium dat ook in Engeland al vaak is gebruikt voor een scratch. Het is tijdens alle Leidse Scratch Muziekdagen uitgevoerd. Dit jaar werd voor het eerst een speciale dag voor jongeren gereserveerd.
Het wordt heel stil in de kerk als het Randstedelijk Begeleidings Orkest Sinfonia de eerste maten van de ouverture inzet. De jongeren op de tribunes zijn een en al oor voor het beheerste, ritmische samenspel. Dirigent Leo Rijkaart slaat echter al spoedig af. Hij gunt zichzelf en het orkest geen tijd om het muziekstuk te voltooien: deze dag is vooral bedoeld om met het koor te oefenen. „Dat is een heel bewuste keuze”, legt docent Mar van der Veer van de Christelijke Scholengemeenschap Prins Maurits in Middelharnis uit. „In voorgaande jaren had de dirigent soms zijn handen vol aan het orkest. Dit jaar hebben we gekozen voor professionele musici, zodat alle aandacht naar het koor uit kan gaan. Dat is beter, want als het met het orkest te lang duurt gaan de scholieren zich vervelen en sms’en. Vandaag is elke minuut echter nodig.”
Van der Veer spreekt uit ervaring. Hij is al ruim tien jaar betrokken bij de scratch en helpt mee bij de organisatie van het grootse evenement. Hij vroeg alle reformatorische scholen om mee te doen bij het concert. „Helaas was het animo niet bij alle scholen zo groot. Jammer, want de leerlingen worden hier zo gestimuleerd om muzikaal bezig te zijn!” Op de Prins Maurits hoeft Van der Veer niet over belangstelling te klagen. „Als de scholieren eerder hebben meegedaan krijgen ze bij de volgende scratch weer inschrijfpapieren. Dan hoor ik het gonzen in de gangen: Ga jij mee?” Van der Veer heeft met een aantal leerlingen al vanaf het begin van het schooljaar geoefend aan de ”Messiah”. „De partituur is bij ons in de loop van de jaren een standaardschoolboek geworden dat ik ook gebruik om muziektheorie mee uit te leggen.”
Het enthousiasme straalt inderdaad van de jongeren af, zo blijkt ook als minister Plasterk binnenkomt. „Welkom minister”, zo begint Rijkaart, „bij de scholieren uit Middelharnis.” Gejoel. „Uit Goes.” Opnieuw gejoel. „Uit Amersfoort.” De jongens en meiden gillen. „Uit Apeldoorn.” Scholieren fluiten. Plasterk heeft er net als de jongelui zin in. Het is even zoeken voor hij de goede bladzijde in zijn partituur gevonden heeft, maar daarna zingt de politicus zijn partij mee bij de tenoren. „Fantastisch om met zo veel jonge mensen mee te zingen. Ik heb de ”Messiah” al meermalen uitgevoerd met het kerkkoor waar ik vroeger in meezong. Als je buren maar goed zijn en je op tijd inzet en weer stopt, is het eigenlijk best gemakkelijk”, zegt hij laconiek.
Na het ”For unto us a Child is born” volgt een pastorale. Drie jongens haken de armen in elkaar en deinen mee op de muziek. Pubers blijven pubers, ook al zingen ze klassiek. „Echt positief dat die jongens meedoen”, vindt Van der Veer. „Ik geef al jaren muziek aan de derde klassen en doe er alles aan om de heren ook te laten zingen. Op zo’n dag als vandaag valt de schaamte gelukkig een beetje bij hen weg. De sopranen zingen het beste van allemaal, die durven. Op de leeftijd van deze jongeren is eigenlijk nog niet helemaal duidelijk of je alt bent of sopraan. Meisjes die het stuk moeilijk vinden, kiezen vaak eerder voor alt, terwijl ze nog geen echt donkere altstem hebben.”
De kerk is goed gevuld wanneer ’s avonds het concert begint. Om halfacht dimmen de lichten en flakkeren kaarsjes rond de dikke pilaren. De gouden kroonluchter werpt zijn gloed over het orkest. De gezichten van de leerlingen achter de solisten staan serieus, sommigen kijken zelfs een beetje gespannen. Bij het „And the glory of the Lord shall be revealed” zet het immense koor voor het eerst in. Het gaat goed, niemand hoeft te vermoeden dat deze groep jongelui vandaag voor het eerst heeft geoefend.
Het ”Glory to God” klinkt iets minder overtuigend door de overluide trompetten. Als het bekende ”Hallelujah” losbreekt, zingen alle leerlingen weer vol overgave mee. Ze bieden nu een betere tegenpartij tegenover de blazers en het slagwerk. De gezichten staan voldaan na de afsluiting van het bekende tweede deel. Ook de overwinning van het graf wordt in het derde deel krachtig bezongen. Na het ”Amen” applaudisseren vaders en moeders enthousiast voor hun kinderen op het podium.
Toegift is natuurlijk het ”Hallelujah”. De solisten mengen zich tussen de jongeren. De Joodse Reut Rivka Shabi kijkt mee bij een knul van een jaar of vijftien, die duidelijk wat verlegen wordt van de nabijheid van de sopraan. Van der Veer: „Ook daar hebben we bewust voor gekozen: jonge, talentvolle solisten, zodat de scholieren aangestoken worden door hun enthousiasme. Op die manier proberen we om, juist onder reformatorische jongeren, een ontwikkeling op gang te brengen in de richting van moeilijkere klassieke muziek.”
„Messiah is zo mooi licht”
De drie scholieren van de scholengemeenschap Prins Maurits staan in de startblokken voor het moment waarop Plasterk van het podium komt. Pieter Wolferts en Colinda Aarnoudse zullen hem interviewen, Arjo van der Sluis zorgt voor de foto. Het is een van de vele leuke dingen van de Scratchdag. „We hebben al onze vragen kunnen stellen”, zegt Colinda tevreden wanneer het persmoment achter de rug is. De leerlingen uit de vierde klas van havo en atheneum kijken al lang uit naar deze dag. Colinda: „We hebben vanaf het begin van het schooljaar al geoefend. Omdat we voor muziek gekozen hebben, zijn we verplicht om te gaan, maar ik ga vrijwillig.” Vorig jaar was ze ook van de partij, toen er nog geen speciale jongerendag was. „Toen stonden we tussen allemaal oude vrouwtjes.”
Pieter heeft niet echt wat met klassieke muziek, maar vandaag zingt hij met plezier mee. „Inmiddels heb ik de ”Messiah” zo vaak geoefend dat ik niet meer stil kan blijven wanneer ik hem hoor.” Colinda is ook geen liefhebber, maar de ”Messiah” is volgens haar een uitzondering. „Er zijn maar weinig stukken waarin tekst en muziek zo goed met elkaar verweven zijn. Ook vind ik de ”Messiah” zo mooi licht. De ”Matthäuspassion” bijvoorbeeld is veel zwaarder en ook nog eens in het Duits…”
Verplicht of vrijwillig, Arjo wil van de partij zijn wanneer de ”Messiah” uitgevoerd wordt. „Over een poosje gaan we hem uitvoeren in Gouda. Daar hoef ik niet naar toe, maar zeker weten dat ik ga!”