De organisatie noemt het „spijtig” dat docenten zich gekwetst voelen. Volgens hen is het voorkomen van gevoelens van gekwetstheid echter onmogelijk.Van Rossem haalde uit naar een aantal rechtse politici en naar het christendom. „Zijn verhalen zijn een aaneenschakeling van oneliners, met soms een aardige gedachte. Er zit weinig structuur in, en in zijn spot is hij tamelijk lomp”, zegt drs. H. Vermeulen, docent aan Driestar Educatief. „Hij sprak helemaal niet over het opgegeven thema. De zaal was erg lacherig, maar toen Van Rossem over Fortuyn zei dat die verschrikkelijk gestraft is, hoorde je bijna niets. Dat vond men kennelijk te erg.”

Drs. B. Florijn en J. Hoefnagel van de Jacobus Fruytierscholengemeenschap verlieten de zaal nadat Van Rossem opmerkingen maakte over het hemelleven, de schijnheiligheid van christenen en de positie van vrouwen. „Van Rossem was grof, onderbuikgericht en ongenuanceerd”, zegt Florijn. „De zaal lachte om elke domme opmerking, maar toen Van Rossem over Fortuyn sprak, lachte niemand meer. Hij polste een paar keer of er „gereformeerden” in de zaal waren. Toen hij zag dat er maar weinig vingers omhooggingen, stak hij van wal tegen het christendom. Hakken en breken.”

Hoefnagel stelt: „Je merkte dat men de opmerking over Fortuyn –zoiets als: die heeft zijn verdiende loon gekregen– te ver vond gaan. Toen het vervolgens minutenlang over de christenen ging, vonden we het genoeg. Toen er groepjes docenten wegliepen, maakte Van Rossem de opmerking dat daar weer wat van die gereformeerden gingen.”

De beide Fruytierdocenten dienden een klacht in bij de Nederlandse Vereniging van Leraren Maatschappijleer (NVLM). „Van Rossems cynisme is een vorm van ultieme relativering waarin hij niets en niemand ontziet en alleen mensen aan het denken wil zetten”, stelt NVLM-voorzitter A. Pormes. „Het effect is gericht op het denken en niet op het kwetsen.”

De historicus, emeritus hoog­leraar amerikanistiek aan de Universiteit Utrecht, was maandagmorgen zelf niet voor commentaar bereikbaar.