Haïti is ’een horrorverhaal’
De straten in de Haïtiaanse hoofdstad Port–au–Prince liggen donderdag bezaaid met puin en lijken, al dan niet bedekt met een stuk textiel. Overlevenden hebben zich bijeen geschaard en wachten al dan niet gewond op hulp. „De levenden slapen tussen de doden", meldt een verslaggever van de Britse BBC. „Het is een horrorverhaal", vertelt een ooggetuige in Amerikaanse media.
Het internationale Rode Kruis verwacht dat ongeveer drie miljoen mensen in het door een zware aardschok getroffen land hulp nodig hebben. De eerste internationale reddingsteams zijn inmiddels aangekomen, maar kunnen nauwelijks hun weg vinden in de gigantische ravage.In de hoofdstad klinkt vanuit de puinhopen nog steeds hulpgeroep. „Au, au, help me", schreeuwde een vrouw, die zich in onder de brokstukken van een ingestorte school in de wijk Turgeau bevindt. Een verlamde vrouw op straat zei dat ze de buurkinderen van onder hun ingestorte huis wanhopig om hulp hoorde roepen. „We hoorden dat ze om water vroegen en dat we ze er uit moesten halen, maar dat kunnen we niet zonder goed gereedschap. Waar zijn de reddingsteams?". Met mokers en blote handen proberen inwoners te doen wat ze kunnen.
Telefoontjes van slachtoffers naar de hulpdiensten komen niet door, omdat het systeem dat telefoonnetwerken verbindt is uitgevallen. Vooral via internet worden veel berichten en beelden de wereld ingestuurd van allerlei mensen ter plaatse. „Meer dan ooit is internet van vitaal belang in Haïti, net als water en elektriciteit", meldde een gebruiker van de microblogdienst Twitter.
Een overlevende laat via Twitter weten dat hij onderweg van Carrefour naar de nabijgelegen hoofdstad veel doden en gewonden tegenkwam en dat „de meeste gebouwen van meer dan een verdieping zijn ingestort". Op internet circuleren ook berichten van mensen die zich in de wijde omgeving bevinden. „De weg van Port–au–Prince naar Jacmel is onbegaanbaar, zelfs voor een neushoorn of motor", meldt een twitteraar ten zuidwesten van de hoofdstad. Anderen meldden nog geen ambulance of reddingswerkers gezien te hebben en smeken via Twitter om hulp.
Er wordt wanhopig gezocht naar naasten. Op Facebook plaatsen mensen massaal foto’s en vragen om informatie. „Ik zoek Al en Ey Hromek. Ze verbleven op Delmas 33 in Port–au–Prince". Slechts een enkeling juicht, omdat de zoektocht is geslaagd.