Bush heeft de inspecties gered
De militaire machtspolitiek van de Amerikanen is een „groter gevaar voor de mensheid dan het wapentuig van Irak”, schrijft de actiegroep VD Amok voor antimilitarisme en dienstweigeren in de nieuwste brochure. Het pamflet, getiteld ”De bril van Kofi Annan” bundelt een grote variëteit aan epistels, waartussen het verzet tegen een aanval op Irak het bindmiddel is. „Alleen maar tegen de oorlog zijn, is niet genoeg. Wat telt is dat je laat zien dat je ertegen bent. En dat je laat zien dat je het machthebbersspel doorziet. Stop George Bush, om te beginnen in Nederland.”
De vredelievende dienstweigeraars zijn zelf geheel tegen de oorlog, maar laten wel een klein achterdeurtje op een kier. „Als oorlog ooit geoorloofd kan zijn, dan alleen in een barre noodsituatie, als alle andere middelen om brute agressie te keren zijn uitgeput. Van zo’n situatie is nu geen sprake”, aldus VD Amok.
In een brief van „bezorgde burgers” aan Tweede-Kamerleden wordt gesteld dat het motto van de Amerikaanse president Bush ”veiligheid voor mijn burgers” moet worden opgevat als ”ruim baan voor mijn machtspolitiek”.
En als het Nederlandse parlement dit nu maar samen met de regering aan de kaak zou stellen, was het nog niet zo erg. Maar Nederland loopt hier kritiekloos achteraan. Het standpunt van de PvdA en van D66, die hun standpunt afhankelijk maken van een besluit in de VN-Veiligheidsraad, vinden de briefschrijvers al te ver gaan. Op die manier loop je het gevaar in de fuik van een oorlog te zwemmen.
De pamflettisten zijn niet alleen bezorgd over een oorlog tegen Irak, maar vooral ook over de „oorlogspolitiek van de VS.” Bush’ beleid is immers een groter gevaar voor de mensheid dan het wapentuig van Saddam Hussein.
De dienstweigeraars lopen daarmee redelijk in de pas met de Nederlandse publieke opinie. Volgens een recente peiling beschouwt bijna de helft (46 procent) van onze landgenoten de Amerikaanse politiek als een grotere bedreiging voor de wereldvrede dan Irak. In andere landen tekent zich een vergelijkbaar beeld af.
Toch maken de pamflettisten een voor de hand liggende vergissing. Ze maken een tegenstelling tussen militaire ontplooiing en wapeninspecties. Inspecties zijn vreedzaam en eervol, terwijl militaire actie afschuwelijk is.
Het verzamelen van Amerikaanse troepen in de Golf (de ’amokmakers’ vergeten stelselmatig de Britse) is dan ook een bewijs dat de „VS zelf agressief” zijn. En daarom „wilde Bush evenmin als Saddam Hussein dat de inspecties een succes werden. In dat geval zou hij immers de aanval op Irak moeten afblazen.” En aanvallen is volgens de dienstweigeraars het liefste wat Bush doet.
De dienstweigeraars stellen die inspecties veel te vrijblijvend en te vreedzaam voor. In 1998 is het oude VN-inspectieteam weggestuurd, zegt het pamflet, „op grond van het feit dat de Amerikaanse regering het inspectieteam voor spionagedoeleinden had misbruikt.” Dat de inspecteurs spioneerden, was de beschuldiging van Bagdad, die hier als objectief feit wordt voorgesteld.
Er was in 1998 nog iets heel anders aan de hand. Toen ontbrak elke vorm van druk op de Iraakse regering om mee te werken. Husseins inschatting was dat er in de VN-Veiligheidsraad geen steun voor een grootscheepse aanval op Irak bestond. En die inschatting is juist gebleken. Bij de militaire operatie Desert Fox staken president Clinton en premier Blair wel even hun tong uit naar de VN, maar ze trokken die vrij snel weer in. Zelfs toen Saddam de inspecteurs het land uit joeg, is er geen oorlog gekomen.
De aanwezigheid van Amerikaanse troepen in het Golfgebied heeft er juist voor gezorgd dat de inspecteurs vorig jaar november weer konden terugkeren. Enkele weken geleden vertelde de Nederlandse oud-VN-ambassadeur Peter van Walsum in HP/De Tijd hoe het huidige inspectieteam in 1999 met een vrij zwak mandaat werd ingesteld door de Veiligheidsraad. Drie van de permanente leden onthielden zich van stemming: Frankrijk, Rusland en China. „Irak zei onmiddellijk: de inspecteurs komen er niet in. De veel hardere, dwingende resolutie 1441 is unaniem aanvaard, en Irak beloofde ’full compliance’ (volledige medewerking): laat de inspecteurs maar komen. Wat is het verschil tussen die twee? De militaire druk. Dat is kennelijk het enige effectieve middel”, aldus Van Walsum.
Hoe paradoxaal het ook klinkt, maar ook in Irak is de voorbereiding op de oorlog tot nu toe de beste manier geweest om de vrede te handhaven. Als nu het hele volk uit dienstweigeraars zou bestaan, zou er van die vreedzame inspecties nog niets terecht zijn gekomen. De troepen van Bush hebben de inspecties gered.
De troepenbewegingen plaatsen blijkbaar niet alleen druk op Irak, maar ook op Rusland, China en Frankrijk. Deze landen wilden in 1999 geen nieuwe inspecties, maar kiezen er nu ineens voor daarmee door te gaan, zonder ook maar een einddatum te stellen.
Dit leert twee dingen. In de eerste plaats dat in de wereldpolitiek voor militaire druk zelfs het stemgedrag van de permanente leden van de Veiligheidsraad te koop is. Dat is geen goed signaal. De VN zijn tenslotte bedoeld om de gerechtigheid te dienen.
Het tweede dat hieruit voortvloeit is dat er binnen de Veiligheidsraad waarschijnlijk geen overeenstemming zal worden bereikt over een Amerikaans-Britse resolutie die gezamenlijk gewapend optreden mogelijk maakt.
Zo’n situatie kan leiden tot een herhaling van wat we in de jaren negentig zagen, toen Hussein niet meewerkte omdat de Veiligheidsraad toch niet het groene licht voor een aanval zou geven. Dat zou funest zijn.
Het kan ook -opnieuw- leiden tot een eenzijdige aanval door de Britten en de Amerikanen, zonder enige steun vanuit een internationaal forum. Dit zou de geloofwaardige toekomst van de VN ernstig op het spel zetten.
Evert van Vlastuin