Ook op terreinen als armoedebestrijding en milieubescherming geven de Europeanen de VS een negatieve beoordeling, met respectievelijk 57 tegen 16 procent en 49 tegen 20 procent. Het enige terrein waarop een meerderheid, 54 procent, de Amerikanen positief waardeert is de strijd tegen het terrorisme.

Over het buitenlandse beleid van de VS in het algemeen oordelen de Grieken met 73 procent het slechtst. De meeste steun krijgen de Amerikanen in Groot-Brittannië, hun krachtigste bondgenoot in de Irak-crisis. Maar zelfs hier blijft het percentage mensen met een positief oordeel beperkt tot 47 procent, tegen 32 procent met een negatief oordeel.

In Spanje en Frankrijk, respectievelijk voor- en tegenstander van het Amerikaanse Irak-beleid, ligt het percentage negatieve beoordelaars met 55 en 56 procent praktisch gelijk. In Duitsland, dat met Frankrijk tot het kritische kamp behoort, ziet 47 procent de Amerikaanse rol als negatief.

De Europese Commissie laat tweemaal per jaar de meningen van de Europese burgers peilen. Ditmaal kregen zij voor het eerst vragen voorgelegd over de rol van de VS op het internationale toneel. De peiling werd gehouden voordat de VN-wapeninspecteurs in november naar Irak terugkeerden.

Volgens een onderzoek dat de milieuorganisatie Greenpeace half februari in Duitsland heeft laten uitvoeren vinden veel Duitsers de Amerikaanse president George Bush een grotere bedreiging voor de wereldvrede dan de Iraakse president Saddam Hussein. Op de vraag wie van de twee zij het bedreigendst vonden antwoordde 38 procent Bush en 37 procent Saddam, terwijl 16 procent beiden even bedreigend vond. Op de vraag of zij de informatie op grond waarvan de VS Irak willen aanvallen overtuigend vinden antwoordde 82 procent van de Duitse ondervraagden met nee en 8 procent met ja.