Nawijn: asielmotie wellicht voor nieuw kabinet
De ministerraad vergadert vrijdag weer over de uitvoering van de LPF-motie die de Tweede Kamer heeft aangenomen om een specifieke groep asielzoekers een verblijfsvergunning te geven. Minister Nawijn van Vreemdelingenzaken sluit echter niet uit dat, „gelet op de demissionaire status”, de ministers een beslissing over laten aan het volgende kabinet.
Dat heeft Nawijn dinsdag aan de Tweede Kamer geschreven. Zijn departement is bijna klaar met het uitwerken van de „minder objectieve criteria” uit de motie, zoals ’schrijnende gevallen’, ’behoorlijk Nederlands spreken en ’land van herkomst’. Dit gebeurt om willekeur te voorkomen, mocht de motie worden uitgevoerd, aldus Nawijn.
De LPF-motie werd twee weken geleden aangenomen met steun van de PvdA. De sociaal-democraten maakten in een stemverklaring echter direct al duidelijk dat de kwestie geregeld moet worden aan de onderhandelingstafel van de informateurs Donner en Leijnse. De steun voor de motie was bedoeld als „signaal”.
Partijen als de LPF en GroenLinks tillen echter zwaarder aan directe uitvoering van de motie. LPF-leider Herben dreigde zelfs ’zijn’ ministers uit het kabinet te halen als het kabinet zou weigeren de motie uit te voeren.
GroenLinks-Kamerlid Vos noemt het „een schande dat het kabinet de hete aardappel wil doorschuiven. „Dit mag de Kamer niet accepteren”, zo laat ze dinsdag in een reactie weten. Zij wil daarom de Kamerleden terugroepen van reces en woensdag of donderdag met Nawijn debatteren over de kwestie.
De LPF-motie stelt dat een groep van ongeveer 2300 asielzoekers die al vijf jaar of langer in Nederland wachten op een besluit over hun eerste asielverzoek een verblijfsvergunning moeten krijgen. Zij moeten dan wel redelijk Nederlands spreken, geen crimineel verleden hebben en uit een land komen waar de mensenrechten worden geschonden of waar burgeroorlog heerst.
VVD en CDA zijn, evenals de SGP, steeds tegen elke vorm van een regeling geweest. Volgens de partijen druist dat ook tegen het huidige kabinetsbeleid in, zoals het CDA in een motie heeft verwoord. De linkerflank in het parlement wil daarentegen nog meer mensen in aanmerking laten komen voor een vergunning dan de LPF voorstelt.
Een CDA-motie die het huidige beleid ondersteunt en ook is aangenomen met steun van de PvdA, wordt door het kabinet „onverkort” uitgevoerd, schrijft Nawijn. Dit betekent dat Nawijn doorgaat met zijn bevoegdheid om in enkele individuele, schrijnende gevallen een verblijfsvergunning te geven