Akkoord in EU over gezamenlijk octrooi
De lidstaten van de EU hebben overeenstemming bereikt over de invoering van een gemeenschappelijk octrooi, dat geldig is in de hele Unie.
Na jarenlang geruzie over enkele details slaagden de ministers voor Concurrentiezaken er maandag in, tijdens overleg in Brussel, een doorbraak te realiseren. Tot nu toe moet een bedrijf dat een patent wil verwerven ter bescherming van een uitvinding in elk van de landen afzonderlijk een verzoek indienen. In de toekomst kan het volstaan met één aanvraag.
De vereenvoudiging brengt voor de betrokken onderneming ongeveer een halvering van de kosten mee, tot een bedrag van zo’n 25.000 euro. Die besparing stimuleert het zoeken naar innovaties en draagt daarmee bij tot versterking van de concurrentiekracht. Het gezamenlijk octrooi vormt dan ook een onderdeel van het in 2000 in Lissabon vastgelegde programma dat als inzet heeft de EU te laten uitgroeien tot, uiterlijk in 2010, de best presterende economie ter wereld.
Een van de laatste knelpunten betrof de vraag welke instantie oordeelt bij geschillen. Besloten is nu dat vanaf 2010 die bevoegdheid berust bij uitsluitend de Europese rechter. Met name Duitsland heeft lange tijd aangedrongen op een rol in dit verband voor de nationale autoriteiten.
Een ander meningsverschil had betrekking op de talen. Het akkoord voorziet erin dat alleen een samenvatting van de aanvraag dient te worden opgesteld in alle officiële talen van de EU. Voor de rest van het document, met daarin alle technische gegevens, mag het bedrijf kiezen uit Engels, Frans of Duits.
Staatssecretaris Nicolaï (Europese Zaken), die namens Nederland het beraad bijwoonde, toonde zich tevreden. „Het werd hoog tijd. De geloofwaardigheid was, als je ziet welke ambities we als Unie hebben, in het geding”, constateerde hij.