„Protestanten zijn keihard”
NIJMEGEN – Protestante managers denken eerst aan de belangen van hun bedrijf en pas daarna aan die van hun medewerkers. Ze zouden de waarden naastenliefde en barmhartigheid meer in praktijk moeten brengen, vindt organisatiedeskundige Tom van den Belt.
Samen met collegadeskundige Joop Moret schreef hij het proefschrift ”Management en levensbeschouwing in Nederland”, waarop zij 14 januari promoveren aan de Radboud Universiteit Nijmegen.
Moret en Van den Belt ondervroegen orthodox-protestantse, modern protestantse, katholieke en niet-christelijke managers.
Waarom dit onderzoek?
„We werken allebei bij een christelijke organisatie en voeren regelmatig discussies over christelijk leiderschap. Ook werden we regelmatig geconfronteerd met slachtoffers van slecht personeelsbeleid, ook in reformatorische kring. Zo zat er een keer een vrouw, hoog uit een reformatorische organisatie, huilend aan mijn bureau omdat haar werkgever zijn personeel zo slecht behandelde. „Elke maandag hield hij een weekopening”, zei ze, „en elke keer vroeg ik hem: „Wanneer doe je nu eens wat je gezegd hebt?” Voor ons aanleiding om uit te zoeken hoe het nu echt zit.”
Protestantse managers denken eerst aan de belangen van het bedrijf, daarna aan die van de medewerkers, blijkt uit uw onderzoek. Hoe komt dat?
„Protestanten zijn gevoeliger voor gezag van boven en focussen meer op het individuele, het persoonlijke, het detail. Katholieken hebben meer gemeenschapszin. Het opvallende is overigens dat deze uitkomst voor zowel orthodox-protestanten als modern protestanten geldt. De calvinistische wortels zitten ook daar nog diep.”
U signaleert een verschil tussen leer en leven bij orthodox-protestantse managers. Kunt u dat uitleggen?
„Orthodox-protestanten hebben een pessimistisch mensbeeld. De mens is geneigd tot alle kwaad, dat is het dogma. Als je orthodox-protestantse managers vervolgens vraagt wat ze van hun mensen vinden, zeggen ze: „Die kunnen veel, dat zijn goede mensen.” Daarmee stellen ze dat dogma eigenlijk een beetje buiten werking. Zo ervaren ze dat zelf ook. De leerstelling van de algemene genade wordt dan als uitweg beschouwd. De verklaring: „Het moet wel werkbaar blijven”, vond ik in dit verband wel een opvallende.”
Moeten orthodox-protestanten minder focussen op gezag en hiërarchie?
„Ja. Bedrijfstechnisch is dat ook verstandiger. Als werknemers meer aandacht en waardering krijgen, werken ze gewoon harder. En juist orthodox-protestanten zouden de waarden naastenliefde, barmhartigheid en gerechtigheid veel meer in praktijk moeten brengen. Ze zijn keihard, zo noemen ze zichzelf ook. Een orthodox-protestantse aannemer vertelde ons bijvoorbeeld: „Ik doe het liefst geen zaken met mensen uit mijn eigen kerk, want die zijn keihard en onbetrouwbaar.””