Kineto zet basisschoolkinderen in beweging
TEUGE – Veel kinderen groeien niet alleen in lengte, maar ook in omvang. Minister Klink van Volksgezondheid probeert hen in beweging te krijgen.
Vijf jongens en vijf meisjes meppen er lustig op los. Groot racket, klein handvat. Zachte, gele sponsballetjes suizen door een sporthal in Apeldoorn. Tennisleraar Jan Schonewille (68) moedigt de kinderen aan. „Kom op. Rámmen.”Schonewille geniet. Druppeltjes parelen op z’n voorhoofd. De energieke man geeft al vier jaar les in ”dynamic tennis”. Backhand, forehand, topspin, backspin. „Deze sport is een combinatie van badminton, tennis en tafeltennis.” De variant is bedacht door de zuiderburen. „Belgen noemen het vloertennis.”
De tennislessen zijn een sprekend voorbeeld om jonge kinderen in beweging te krijgen. Vier jaar geleden hebben enkele ouders van leerlingen van de Eben-Haëzerschool in Teuge de hoofden bij elkaar gestoken om de kinderen uit hun luie stoel te krijgen.
Samen hebben zij Kineto, het Griekse woord voor beweging, opgericht. De letters staan voor: Kinderen Interactief Naschools Enthousiast Talentvol Ontwikkelen.
Leerlingen kunnen –tegen vergoeding– direct na schooltijd kiezen uit een reeks activiteiten: gym, dynamic tennis, weerbaarheidstraining, scouting of schaken. Gediplomeerde begeleiders zorgen voor het gewenste niveau van de trainingen.
Sportiviteit
Schonewille smasht een bal vlak over het net. De meester, een van de zeven gekwalificeerde dynamic tennisleraren in Nederland, leert de kinderen niet alleen de kneepjes van het vak.
De oud-marechaussee brengt hun vooral sportief gedrag bij in het spel. „Staat een grote stoere jongen tegenover een klein meisje, dan laat ik hem met links spelen. Vindt hij niet leuk, maar het is veel eerlijker.” De dubbele aanpak –leren van sport én sportiviteit– staat symbool voor Kinetoconcept.
Motor achter de buitenschoolse sportactiviteiten is Peti van Maldegem. Ze somt vier redenen op voor de oprichting van Kineto. „Ouders hadden er moeite mee dat hun kinderen uren achter de computer hingen. Bovendien wilden ze dat hun kroost zich qua lijf en talenten zou ontplooien, maar vonden het gezinsverstorend om steeds onder etenstijd door de spits naar een sportclub te moeten rijden. Verder hadden ouders moeite met dubieuze activiteiten op sportverenigingen, zoals uitvoeringen in de sfeer van hekserij, halloween.”
Kineto slaat op de twee schoollocaties in Apeldoorn en Teuge aan. De naschoolse gym telt 70 deelnemers, tennis 25, scouting 30, weerbaarheidstraining 32 en schaken meer dan 30. „Voor bijna alle takken van sport geldt inmiddels een ledenstop.” De organisatie biedt kinderen elk jaar een nieuwe kans zich aan te melden.
Schaken kost het minst, tennis het meest. De organisatie probeert de kosten betaalbaar te houden en kostendekkend te werken. Penningmeester Eric Ebbers krijgt van de gemeente Apeldoorn elk jaar 250 euro subsidie voor Kineto.
Bijverschijnsel
Onverwacht treedt een aardig bijverschijnsel op. „Kineto vormt een goede tegenhanger voor het vervrouwelijkte onderwijs. Onze begeleiders zijn bijna allemaal man. Vooral voor jongens –de haantjes, de jagers van vroeger– is het erg belangrijk een mannelijk identificatiefiguur te hebben.”
Kineto is niet hét antwoord op de zwaarlijvigheid die minister Klink aankaart, erkent Van Maldegem. „De schoolarts moest ook sommige Kineto-leerlingen wijzen op hun gewicht. Behalve een uurtje sport zal het eet- en snoeppatroon moeten veranderen.”
Toch is het concept volgens haar –eventueel met subsidie– toe te passen op andere scholen. „Klink mag bij ons komen kijken.”
Van Maldegem van Adviesbureau Peti (Pedagogisch Educatief Trainings Instituut) juicht de overheidsaandacht voor zwaarlijvigheid toe.
De aanpak zal vooral van ouders moeten komen, zegt de coach/counselor. „In deze tijd, met werkende ouders, valt dat echter niet mee. Wie van hen ziet erop toe dat hun kinderen twee keer per dag fruit of verse groenten krijgen? Ouders moeten daar tijd en energie voor vrijmaken. Kinderen mogen geen restpost worden.”
Evenwichtigheid is belangrijk. „Een kind heeft net als een plant verzorging nodig: niet laten verdrogen, maar ook niet laten verzuipen.”
Kinderen lichamelijk en geestelijk opvoeden is boeiend en vermoeiend. „Een kind is geneigd tot alle kwaad en ook tot alle snoepgoed.”
„Uur bewegen per dag is zo gevuld”
DEN HAAG – Een uur bewegen per dag is zo gevuld. Of je nu de vlieger vastmaakt aan de skelter, gaat stunten met de fiets op de crossbaan of binnen spelletjes doet met wasknijpers of bierviltjes.
Dat stelt Clémence Ross, directeur van het Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen (NISB). Samen met minister Klink van Volksgezondheid en Paul Rosenmöller van het Convenant Gezond Gewicht lanceerde ze maandag in Den Haag een campagne om overgewicht bij kinderen tegen te gaan. Met een klappertjespistool gaf minister Klink het startsein. Ook dertig basisschoolleerlingen van de Haagse Kennedyschool waren bij de lancering van de campagne.
Op publieke en commerciële radio- en tv-zenders zijn deze maand spotjes te zien en horen die kinderen ertoe moeten aanzetten meer te bewegen.
De mediacampagne Dubbel 30: ”Doe je ding” moet kinderen vanaf zeven jaar overhalen dagelijks minstens tweemaal dertig minuten in beweging te komen.
Op de website dubbel30.nl kunnen kinderen een beweegtest doen en filmpjes van beweegspelletjes van anderen bekijken.
Rosenmöller wil dat Nederland over vijf jaar de gezondste jongeren van Europa heeft. Hij wees er maandag op dat kinderen niet alleen goed moeten bewegen, maar er ook op moeten letten dat ze gezond eten.
De campagne is een initiatief van de stichting KidsVitaal, waarin de reclamebranche, de levensmiddelenindustrie en het Nederlands Instituut Sport voor Sport en Bewegen (NISB) samenwerken.
Minister Klink noemde de campagne maandag een „prachtig” initiatief. „Het is belangrijk dat het vanuit de sector zelf komt. De overheid moet niet dwingen, maar overtuigen.”
Van alle kinderen is 15 procent te zwaar. Kinderarts Hans Budde, als overgewichtdeskundige werkzaam in het Slotervaartziekenhuis in Amsterdam, zei onlangs dat vetzucht en overgewicht vaak te maken hebben met de sociaaleconomische status. Op het vmbo is 35 procent van de kinderen te dik. Op het hoger middelbaar onderwijs is dat 10 procent. Ook stelde Budde dat hij vooral kinderen van allochtone afkomst behandelt. Een positief zelfbeeld bij het tegengaan van overgewicht is belangrijk, aldus Budde. „Wie slecht in zijn vel zit, ziet geen noodzaak om patronen te veranderen.”
In politiek Den Haag is er geen meerderheid te vinden voor een verbod op snoepreclame die gericht is op kinderen. De meeste partijen willen niet verder gaan dan het uitoefenen van druk.
Tips voor ouders
Overgewicht ontstaat wanneer iemand meer calorieën binnenkrijgt dan hij of zij gebruikt. De combinatie van veel vette happen en weinig beweging is niet toe te juichen.
Het surplus aan calorieën wordt als vet opgeslagen. Het teveel aan vet zorgt dat iemand te zwaar wordt. Overigens kunnen ook erfelijke factoren een rol spelen bij het ontstaan van overgewicht.
Enkele tips die ouders en opvoeders op weg kunnen helpen om het gewicht van hun kinderen binnen de perken te houden.
Eet gezonde dingen
Kies zo veel mogelijk voor gezonde producten. ”Gezond” is een breed begrip. Een aardige graadmeter: als oma het herkent, is het goed. En denk bij een schooltraktatie niet direct aan chips en chocolade.
Houd het kind in de gaten
Houd in de peiling hoe het kind zich voelt. De oplossing van overgewicht zit volgens deskundigen voor een belangrijk deel bij kinderen zelf. Een positief zelfbeeld is van belang. Wie slecht in zijn vel zit, ziet geen noodzaak om patronen te veranderen.
Beweeg voldoende
Volgens de organisaties achter de campagne Dubbel 30: ”Doe je ding” is twee keer dertig minuten per dag bewegen voor kinderen essentieel. Begin vroegtijdig met het stimuleren van het kind. Bijvoorbeeld door een baby achter bewegend speelgoed aan te laten kruipen, de peuter niet alleen in de buggy te laten zitten en een ouder kind een klusje of een boodschap laten doen. De aantrekkingskracht van moderne media draagt bij aan inactiviteit van kinderen. Stimuleer hen om de neus buiten de deur te steken. Laat feestgangers tijdens een verjaardagspartijtje geen dvd’s kijken, maar bedenk energieverslindende spelletjes.
Speelplaats
Een (verkeers)veilige buurt is essentieel om buiten te spelen. Ouders kunnen zelf het nodige doen om de jeugd te prikkelen. Timmer de tuin of wijk niet volledig dicht. Niet alles hoeft netjes aangeharkt te zijn. Zorg dat er in de eigen tuin speelruimte overblijft waar kinderen kunnen ontdekken en ravotten. Ga na wat je als buurtbewoners met elkaar kunt opzetten. Buitenspeelplaatsen die door particulier initiatief ontstaan, gedijen prima.
Geef het goede voorbeeld
Goed voorbeeld doet goed volgen. Een ouder die vaak snoept, kan niet van zijn of haar kind verlangen dat het de snoepkast gesloten laat. Hetzelfde geldt voor bewegen. Pak niet voor elk wissewasje de auto, maar gebruik zo veel mogelijk de benenwagen of de fiets.