Ahold struikelt over harde strijd in VS
De problemen bij de Amerikaanse dochter US Foodservice van Ahold kunnen nauwelijks een verrassing zijn, gezien de praktijken in de voedingsmiddelensector in de VS. Het kernwoord van deze moeilijkheden is concurrentie en wel haarscherpe concurrentie, die in deze sector soms tot marginale winsten leidt.
In 1999 sneuvelde Ameriserve in deze harde strijd, een concurrent van Foodservice dat voedingsmiddelen levert aan ketens zoals hotels, restaurants, scholen, kantoren, gevangenissen, enzovoort. Een drijvende kracht achter deze concurrentie is de supermarktketen Wal-Mart, in omzet het grootste bedrijf ter wereld. Wal-Mart’s specialiteit? Laagste prijzen!
Wal-Mart heeft duizenden vestigingen in de Verenigde Staten en koopt dus in met grote kortingen. Dat dwingt de producenten van voedingsmiddelen om met aantrekkelijke aanbiedingen te komen, willen zij hun producten buiten Wal-Mart ook nog concurrerend aan de man kunnen brengen.
Daarom bieden zij tussenbedrijven zoals Foodservice forse bonussen aan om hun waren aan derde partijen te slijten. „Deze bonussen variëren van 15 tot 20 procent van de omvang van een leveringscontract. Dat is enorm en geeft ook aan hoe marginaal de winstmarges voor sommige producenten zijn”, aldus Burt Flickinger, marktanalist van Strategic Resource Group, een adviesbureau voor de detailhandel in New York.
Wanneer een bedrijf als Foodservice er niet in slaagt om de afgesproken hoeveelheid producten van een bepaalde producent af te zetten, dan kan die vooraf afgesproken bonus later worden aangepast. Maar soms zijn die bonussen dan al in de boeken verwerkt als ”winst” en niet als vermindering van de kosten.
„Er is een enorme druk van de kant van Wall Street -zeg maar van de kant van de aandeelhouders- om goede winstcijfers te produceren. Dus boekt men die cijfers vaak ”upfront” oftewel aan het begin van de contractperiode. Dat is niet illegaal. De accountingregels zijn hier erg vaag. Het enige dat men volgens mij Foodservice kan verwijten is dat men is uitgegaan van te gunstige bonussen omdat men te ruime verkopen calculeerde”, aldus Mia Kirchgaessner, marktanaliste van het researchbureau Sanford Bernstein in New York.
De Financial Accounting Standard Board (FASB), die de regels opstelt voor de accountingsector, heeft intussen een werkgroep ingesteld om te bekijken of men dit soort bonussen niet op een helderder manier kan boeken.
„Het gaat vaak om enorme bedragen. Neem een bedrijf als Foodservice dat per jaar voor pakweg 14 tot 15 miljard dollar betrekt van voedingsmiddelenproducenten. Een bonus van 15 tot 20 procent betekent dan omgerekend een bedrag tussen de 2,2 en 2,9 miljard dollar. Bij zulke bedragen kan men er gemakkelijk een half miljard, oftewel 500.000 dollar -zoals nu bij Foodservice het geval is- naast zitten als sommige van die bonussen achteraf naar beneden toe bijgesteld worden. Als die correctie vervolgens niet wordt weergegeven in de eindcijfers heb je de poppen aan het dansen”, aldus Flickinger.
Dit soort accountingproblemen trok vroeger niet veel aandacht, maar sinds het Enron-debacle treedt de SEC, de Amerikaanse beurswaakhond, agressiever op. Eind vorig jaar begon dit orgaan een onderzoek bij Fleming, een concurrent van Foodservice. Dat leidde tot een onderzoek bij de warenhuisketen Kmart, dat Fleming ervan beschuldigde de afgesproken bonussen onjuist opgevoerd te hebben in de rekeningen voor Kmart. Later werd Kmart echter zelf beschuldigd van geknoei met rekeningen. Dat betrof een leveringscontract met American Greetings, een bedrijf dat felicitatiekaarten produceert.
Twee ex-functionarissen van Kmart werden er gisteren formeel van beschuldigd de bonus van American Greetings -42,3 miljoen dollar- in 2001 ten onrechte geboekt te hebben als winst om de cijfers van Kmart én daarmee de koers van het Kmart-aandeel kunstmatig op te pompen. Het tweetal wordt nu beschuldigd van aandelenfraude en riskeert een gevangenisstraf van tien jaar.
„Aan dit actuele voorbeeld zie je dat het bonusprobleem in de hele economie speelt. Maar in de sector voedingsmiddelen, waar de concurrentie hard is en de omzetten groot zijn, speelt het probleem vanwege de financiële schaalvergroting een bijzonder prominente rol. Daarover is Foodservice oftewel Ahold waarschijnlijk gestruikeld”, zo meent Flickinger ten slotte. De SEC en justitie zijn daarom een (voorlopig) onderzoek begonnen naar de boekhoudkundige problemen bij de Amerikaanse dochter.