Vaccinatiecampagne
Deze en komende week zullen circa 1 miljoen mensen worden gevaccineerd tegen de Mexicaanse griep. Het gaat om kinderen tussen de zes maanden en de vier jaar alsook hun huisgenoten. Niet eerder had een dergelijk omvangrijke vaccinatiecampagne plaats. Logistiek gezien is het een geweldige operatie.
De verwachting is dat mensen massaal gehoor zullen geven aan de oproep om een prik tegen de griep te komen halen. De angst bij de bevolking voor de Mexicaanse griep zit er goed in, niet het minst door de media-aandacht voor de ziekte.Dat laatste is waarschijnlijk een van de belangrijkste verklaringen voor de onrust die er onder de mensen heerst. Immers, tot nog toe blijkt het te gaan om een tamelijk milde vorm van griep.
Er zijn inmiddels wel enkele tientallen mensen bezweken aan de ziekte. Ook al is elk overlijdensgeval diep verdrietig voor de betrokken families, niet vergeten mag worden dat ieder jaar ongeveer duizend mensen sterven door de ‘gewone’ wintergriep. Een verschil is wel dat nu relatief veel kinderen door de ziekte getroffen worden. Toch is de vraag gewettigd: waarom wordt er nu zo veel nadruk gelegd op vaccinatie vergeleken met andere jaren?
De vaccinatie tegen Mexicaanse griep moet mensen beschermen tegen de ziekte. Hoe goed de werking van het vaccin is, blijft nog even onduidelijk. De verwachting is dat zo’n driekwart van de gevaccineerden voldoende beschermd is.
Anders dan bijvoorbeeld bij vaccinatie tegen pokken behoeft er geen angst te zijn dat de inenting zelf ernstige gevolgen kan hebben. Daarmee is een belangrijk bezwaar tegen vaccineren vervallen, namelijk dat je jezelf, terwijl je niet ziek bent, niet in gevaar mag begeven om erger te voorkomen.
Daarmee blijft het voor velen nog steeds de vraag of men zich al dan niet moet laten inenten. Zowel binnen als buiten orthodox-christelijke kring leven daartegen bezwaren. Zo heeft een aantal verpleegkundigen tot nu toe geweigerd de prik te halen omdat ze aarzelingen hebben bij het nut van de vaccinatie.
Een belangrijke vraag voor christenen is of het verantwoord is zich te laten inenten. Daarover wordt binnen de gereformeerde gezindte niet eensluidend gedacht.
Sommigen zien vaccinatie als een ongeoorloofd middel omdat ze die in strijd achten met het geloof in Gods voorzienigheid. Ziekte en gezondheid liggen in Zijn hand en zij zijn ervan overtuigd dat het halen van een prik dat beleid doorkruist.
Anderen zien vaccinatie juist als een zegen die in Gods voorzienigheid aan mensen is geschonken om te strijden tegen het gevaar van besmetting met een ernstige ziekte. Zij beschouwen het weigeren van vaccinatie als een vorm van onverantwoord gedrag.
Overeenstemming tussen beide standpunten zal niet worden bereikt. Belangrijk is dat ieder hierin voor God en zijn eigen geweten een zuivere beslissing neemt. Daarbij moet leidend zijn dat wij mensen in alles afhankelijk zijn van God. Dat geldt voor degene die zich wel laat vaccineren en voor degene die dat niet wil doen. Elkaar veroordelen past niet. Daarvoor ligt zo’n beslissing te teer.
Correctie (25/11)
In het commentaar staat dat kinderen tussen de zes maanden en de vier jaar worden gevaccineerd alsook hun huisgenoten. Dit laatste is onjuist. Het gaat om huisgenoten van baby’s van nul tot en met vijf maanden. Huisgenoten van oudere kinderen krijgen geen prik aangeboden.