Dat zei Kamervoorzitter Verbeet dinsdag bij de presentatie van het Jaarboek Parlementaire Geschiedenis 2009. Volgens haar is een van de redenen dat de Kamer de premier vaker op het matje roept, het feit dat Balkenende zich, meer dan zijn voorgangers, uitspreekt over actuele politieke thema’s. „Een minister-president die zich vaker publiekelijk uitspreekt, moet niet verbaasd zijn dat hij dan ook vaker politiek ter verantwoording wordt geroepen”, meent Verbeet.De discussie over de vele uren die ministers in de Kamer doorbrengen, is volgens haar een onderstreping van de veel geuite opvatting dat de politiek leider in de Kamer behoort te zitten en niet in het kabinet. Bij de regeringspartijen CDA, PvdA en ChristenUnie is dat niet het geval.

Volgens Verbeet overschrijden Balkenende en zijn twee vicepremiers Bos en Rouvoet regelmatig de grenzen van hun eigen portefeuille als zij zich laten horen als politiek leider van hun partij. Zo sprak Balkenende zich onlangs op een CDA-congres uit over het AOW-akkoord en uitte hij kritiek op het politiek klimaat en op de gang van zaken in de Tweede Kamer. „Dan is het niet vreemd dat de Kamer daar meer van wil weten”, aldus Verbeet.

Ze heeft ook kritiek op de manier waarop het kabinet en de regeringspartijen dit voorjaar het regeerakkoord aanpasten om de economische crisis te lijf te gaan. Volgens Verbeet had de gehele Kamer daarbij betrokken moeten worden en niet alleen de coalitie. „De procedure die nu gevolgd is, valt aan de burgers niet uit te leggen.”

Met die laatste opmerking sloot zij aan bij het thema van het Jaarboek Parlementaire Geschiedenis 2009. Dat heeft als titel: ”In tijden van crisis”. Het jaarboek laat onder meer zien hoe timide parlementen zich vaak opstellen in tijden van politieke of economische crises.