Hunkering naar joodse geloof in Franse roman
Woorden zijn zo machtig – en zo onmachtig. Gabriël, hoofdpersoon in het debuut van Jean Mattern, is vertaler van beroep. Hij is altijd bezig met de woorden van anderen, maar heeft geen woorden voor zijn eigen gevoelens. Dit zet de relatie met zijn vrouw en zijn enige vriend onder grote druk. ”De baden van Kiraly” is een fijnzinnig boek waarin taal een bron van prachtige beeldspraak vormt.
Onlangs was Jean Mattern, uitgever bij de Franse uitgeverij Gallimard, in Nederland. Hij sprak over de intrigerende vraag: Waar voelen we ons het meeste thuis? In een land, een relatie, een taal, een religie? Dit thema speelt ook op de achtergrond van zijn roman. Hoe en waar vind je een ‘thuis’ als je van je roots bent afgesneden? Als je in Engeland woont en maandenlang bezig bent met het vertalen van ”Doctor Faustus”, een Duitse roman, in het Frans? Als er thuis altijd gezwegen werd over zaken die de meeste impact in je leven hebben, zodat je er zelf ook niet meer over kunt spreken?Gabriël groeit op in Frankrijk, maar zijn ouders komen oorspronkelijk uit een joods geslacht in Hongarije. Het spreken hierover wordt echter angstvallig vermeden: Gabriël moet zo normaal mogelijk opgroeien. Zijn jeugd is echter niet normaal, want naast het stilzwijgen over zijn wortels komt het grote, drukkende stilzwijgen over de dood van zijn zusje Marianne. Zijn vader had er maar twee woorden voor nodig: geven en nemen. Althans voor Gabriël is de Bijbeltekst: „De Heere heeft gegeven en de Heere heeft genomen” tot deze twee woorden gereduceerd. Ze rusten als loodzware bakstenen op zijn leven.
Synagoge
Ondertussen doet hij zijn best om gewoon te leven en gewoon gelukkig te zijn. „Leven, ik wilde alleen maar in het Engels leven, to live. En ik wilde niet herinnerd worden aan dat verleden waar leven een Frans werkwoord was dat ik niet kon vervoegen in de tegenwoordige tijd.” Hij trouwt met Laura, zijn tegenpool – „De woorden uit haar jeugd doen haar geen pijn en ze heeft geen nieuwe nodig als een reddingsboei.”
Van tijd tot tijd zijn er onverwachte reminiscenties aan het verleden. In het Amsterdamse Rijksmuseum staat hij als aan de grond genageld voor het schilderij van Rembrandt ”Jeremia treurend om de verwoesting van Jeruzalem”. Op dat moment kan hij Laura vertellen wat er in hem omgaat: dat zijn vader dezelfde blik in zijn ogen had, alsof het leven te zwaar was om te dragen. Maar hij doet het niet. Hij besluit de Bijbel te gaan lezen, maar wil geen filter van een vreemde taal en leert daarom Hebreeuws. Het voelt als thuiskomen.
De climax vormt een reis naar Hongarije, waar een symposium wordt gehouden voor vertalers van Thomas Mann. Het verleden overweldigt hem als hij omhoog kijkt naar het plafond van de synagoge in Boedapest, als hij voor de grafsteen van zijn grootvader staat. Weg is het beeld van de blanco bladzijde en de boom zonder wortels, waarmee hij zichzelf en Laura een rad voor ogen draait. Een afgrond – een hele wereld scheidt hen. En er is geen brug van woorden.
Dan vertelt Laura dat ze zwanger is. Het woord ”geven” zal zijn plaats weer innemen in de oeroude keten. Maar Gabriël beseft gelijk dat daarna het woord ”nemen” zijn rechten zal opeisen. Hij deinst ervoor terug. Hij weet niet welke taal hij tegen zijn kind zal moeten spreken. Het kind verdient beter dan zijn stilzwijgen en leugens. Op een van zijn eindeloze tochten door Londen stuit hij op het gebouw van de Beth Hemdrashsynagoge. Het gezang en de gebeden hebben een helende werking. Ze dringen hem om eindelijk woorden te vinden, en een belijdenis, een schuldbekentenis op te schrijven.
Cyclus
”De baden van Kiraly” is in de ik-vorm geschreven. Niet zozeer het verhaal –Jean Mattern is geen geboren verteller– als wel de achterliggende gedachten en de originele beeldspraak maken het, op enkele passages na, tot een knap boek. Mattern weet het verlies van dierbaren in pijnlijke details te vatten. Mooi is de idee van een cyclus: het boek begint en eindigt met dezelfde zin. Maar het is een lineaire cyclus, een keten die verdergaat, waarin je vooruit moet, stap voor stap. Al zijn sommige stappen bijna onmogelijk te nemen.
In het boek wordt veel aan het joodse geloof gerefereerd. Er ligt een hunkering naar dat geloof in besloten. Opmerkelijk in het geseculariseerde Frankrijk. Tegelijk voel je onwetendheid en onbegrip van de auteur omtrent de woorden die volgen: „De Naam van de Heere zij geloofd.” Deze woorden bestaan niet voor hem. Vreemd dat de titel van het boek, voor iemand die zo zorgvuldig zijn woorden kiest, zo willekeurig lijkt te zijn gekozen.
N.a.v. ”De baden van Kiraly”, door Jean Mattern; uitg. Cossee, Amsterdam, 2009; ISBN 978 90 5936 259 8; 144 blz. € 18,90.