Uit het rapport van de Rekenkamer over de hbo-fraude blijkt dat het ministerie niet in staat is tot een verder onderzoek, zeggen de partijen. D66 sluit niet uit dat uiteindelijk zal worden besloten tot een parlementaire enquête, waarbij getuigen onder ede kunnen worden verhoord. „Het rapport is schokkend, het ministerie heeft gefaald’, zegt het Tweede-Kamerlid Van der Laan (D66).

Volgens GroenLinks is het rapport van de Rekenkamer een blamage voor het departement. Het Kamerlid Vendrik meent de reactie van staatssecretaris Nijs van Onderwijs „nergens op lijkt.” Vanaf het begin was duidelijk dat het om fraude ging, aldus Vendrik en Van der Laan.

Hun collega Vergeer (SP) meent eveneens dat het zelfreinigend onderzoek van de hogescholen is onvolledig geweest en dat het toezicht van het ministerie op de scholen tekort heeft geschoten. „Het is het beste dat de Kamer daarom zelf een onderzoek verricht.” De SP wijst er op dat de koepels van instellingen evenmin alert hebben gereageerd op signalen van misbruik en oneigenlijk gebruik door hogescholen. Zij vindt dat vooral de HBO-raad de affaire heeft gebagatelliseerd.

D66 maakte zich in een eerste reactie sterk voor een parlementaire enquête. De partij is geschrokken door de afhoudende reactie van Nijs en vindt dat de onderste steen boven moet komen. Mogelijk is daarvoor een parlementair onderzoek niet voldoende, aldus D66.

De PvdA overwoog al een parlementair onderzoek aan te vragen, nadat het Openbaar Ministerie vorige week had besloten vijf aanklachten tegen hogescholen te seponeren en slechts één hogeschool te vervolgen. Woensdagochtend wilde de PvdA hierover nog geen standpunt innemen. In de middaguren presenteert de Rekenkamer tijdens een besloten sessie het rapport aan de Tweede Kamer. „Dat wachten wij af”, aldus het PvdA-Tweede-Kamerlid Tichelaar.