LEI ziet geen machtsmisbruik super
Schommelingen in prijzen die de boer voor zijn producten ontvangt, werken maar beperkt door in de prijzen die de consument betaalt.
Het komt niet vaak voor dat het grootwinkelbedrijf prijsstijgingen wel doorberekent aan de consument maar prijsdalingen niet. Dit concludeerde het Landbouw Economisch Instituut (LEI) gisteren na een onderzoek in opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij.
De onderzoekers hebben geen sterke aanwijzingen gevonden dat het grootwinkelbedrijf zijn marktmacht misbruikt door uitsluitend prijsverhogingen door te berekenen. Zowel positieve als negatieve prijsveranderingen op boerderijniveau worden in beperkte mate op het bordje gelegd van de consument, aldus de onderzoekers.
Zij bekeken voor hun onderzoek de afzet van verschillende soorten vlees en aardappels. Het grootwinkelbedrijf gaf tussen 1995 en 2000 alleen voor varkensvlees de prijsstijgingen sterker door dan de prijsdalingen. De verwerkende industrie deed hetzelfde voor pluimveevlees.
Een en ander kan volgens het LEI verband houden met misbruik van sterke marktposities, maar ook met de kosten die partijen moeten maken voor prijsaanpassingen. Dan gaat het bijvoorbeeld om kosten voor reclame en etikettering. Al met al menen de onderzoekers dat er geen reden is om op dit punt het mededingingsbeleid aan te scherpen.