Wij geloven in de levende God: Vader, Zoon en Heilige Geest
Hieronder de tekst van het credo dat is opgesteld door de stuurgroep van de Nationale Synode.
God de VaderHij, de Schepper en de oorsprong van alle leven,
heeft ons de aarde toevertrouwd
om die te beheren en behoeden.
Ons heeft Hij ervoor bestemd
met Hem en onze medemens te leven
in trouw, in liefde en in vrede.
Maar waar wij God vergeten en verlaten
–dat doen we al sinds mensenheugenis–
verliezen we de zin van ons bestaan.
Daar maakt het kwaad zich breed,
in liefdeloosheid, ontrouw en geweld:
een wereld die gedoemd is in het oordeel te vergaan.
Toch blijft God trouw aan wat Hij schiep!
Dat spoort ons aan naast anderen te gaan staan,
in al hun moeiten klein of groot.
Aan zijn zorgende hand vertrouwen we ons toe,
zowel tijdens ons leven als in het moment van onze dood.
Jezus Christus
God is de Levende, die we werkelijk kennen mogen
door zijn Zoon Jezus Christus, geboren uit Israël,
in wie wij Gods verborgen hartklop horen.
Jezus is de rechtvaardige, die de wil van God heeft gedaan
en ons deze wil heeft voorgeleefd.
Hij heeft onze schuld op zich genomen en gedragen,
aan het kruis van Golgotha ons weer met God verzoend.
Zijn graf was niet het einde: Hij is opgestaan!
Daarom heeft voor ons de dood niet meer het laatste woord.
Sinds Pasen klinkt het evangelie voort,
het woord van omkeer tot nieuw leven.
Het verkondigt ons Gods vrede die het verstand te boven gaat.
Geen mens is meer een hopeloos geval
want in de muur van dood en schuld,
heeft Jezus een deur geopend
naar de Vader en elkaar.
Naar Hem zien we verlangend uit:
Kom, Heer Jezus, kom!
De Heilige Geest
Met Pinksteren is de Heilige Geest uitgestort.
Hij kwam en hij komt met een regen van gaven.
Hij opent ons oog en ons hart voor Jezus
en maakt voor Hem plaats in ons leven.
De getuigenissen van profeten en apostelen,
doorademd van de Geest,
leren ons te gaan in Jezus’ spoor
om met vallen en opstaan
een leven te leven door Gods genade.
Dat brengt ons bij onze naaste
om helper te zijn waar geen helper is,
te bidden waar mensen verstomd zijn
en te spreken voor wie monddood zijn gemaakt.
De vreugde van dit evangelie bindt ons samen,
wij horen bij elkaar en zijn aan elkaar gegeven
in het ene lichaam van Christus, zijn kerk.
Het doet ons pijn dat die eenheid in Christus
onder ons zo gebroken is, onzichtbaar haast.
Daar kunnen we niet in berusten,
want de goede Herder heeft één kudde.
In ons land groeit de gemeenschap van hen
die komend uit de wereldwijde christenheid,
aan hun geloof enthousiast uiting geven.
Samen willen we kerk zijn in Nederland
en elkaar bemoedigen in geloof, hoop en liefde.
Wij bidden dat hiervan een sprake mag uitgaan
naar allen met wie we in gesprek zijn,
ook met hen die een andere godsdienst belijden.
Zo zijn we onderweg naar de dag
dat Jezus Christus terugkomt.
Dan zal God alle kwaad tenietdoen,
zijn vrede en gerechtigheid ons schenken:
een nieuwe hemel en een nieuwe aarde.