Zeeuwse historie in vogelvlucht
Ongetwijfeld behoort Zeeland tot de meest aansprekende provincies van Nederland. De Zeeuwse geschiedenis kent talloze hoogte- en dieptepunten, waarbij de immer durende strijd tegen het water een prominente plaats inneemt.
In ”Het Zeeland Boek”, een handzame chronologie, geeft auteur Peter Sijnke van het Zeeuws Archief in 350 korte verhalen een inkijkje in de veelbewogen geschiedenis van de Zeeuwse eilanden.Dat water daarin een belangrijke rol speelt, verbaast niet. Overstromingen komen vaak voor en stempelen het karakter van de Zeeuwen. Zo vinden in 1014 en 1134 twee stormvloeden plaats die grote schade aanrichten in Vlaanderen, Walcheren en de Bevelanden. Beide overstromingen geven de eerste aanzet tot bedijkingsactiviteiten. Anno 2009 is een Zeeland zonder dijken niet meer voor te stellen.
”Het Zeeland Boek” zet op beknopte wijze bekende en minder bekende feiten op een rij. De auteur start in de prehistorie en belandt via onder meer de Romeinse tijd, de middeleeuwen en de Franse overheersing in het tijdperk van het Koninkrijk der Nederlanden.
Grote gebeurtenissen zoals het bombardement van Sluis door de Fransen in 1794, de watersnoodramp in 1953 en de aanleg van de Deltawerken ontbreken uiteraard niet. Maar het zijn juist de kleine anekdotes die het boekje de moeite waard maken.
Zo is er het verhaal van de Westkapelse meesterbakker Pieter Cornelis Hendrikse. Zijn baksels vinden niet alleen gretig aftrek bij zijn klandizie, ook honden en katten zijn er dol op.
En dus bedenkt Hendrikse een snood plan. Op een maandagmiddag in 1786 steekt hij twee spelden in een wittebrood, om al te brutale viervoeters een lesje te leren.
De bakkersvrouw, niet gekend in het complot, verkoopt het brood echter aan een klant. Ternauwernood weet Hendrikse het brood te onderscheppen. Het stadsbestuur kent geen pardon; de meesterbakker draait de cel in. Drie dagen later zet hij zijn bakkerij te koop.
Kenmerkender wellicht voor de Zeeuwse geschiedenis is de invoering van de nieuwe psalmberijming, in 1773.
In –opnieuw– Westkapelle wil het gros van de kerkgangers best volgens de nieuwe berijming zingen, maar niet op de daarmee gepaard gaande snellere zangwijze. Terwijl de voorzanger en enkele volgzame gemeenteleden er flink de vaart in zetten, houden de meeste kerkgangers vast aan het langzame, slepende zingen. Het conflict loopt zo hoog op dat de aanstichters van het ‘verzet’ worden verbannen.
In het boekje komen bekende Zeeuwen voorbij. Dat gebeurt overigens zonder aanziens des persoons. De in 1665 in Goes geboren prediker Bernardus Smytegelt krijgt evenveel aandacht als zijn illustere plaatsgenoot Frans de Munck, die als de Zwarte Panter faam verwierf in het doel van het nationale voetbalelftal.
De auteur geeft elk onderwerp met één bladzijde evenveel aandacht. Daardoor ontbreekt diepgang, maar is de lezer wel snel en bondig op de hoogte van heel veel Zeeuwse historie. Jammer is wel dat commissaris van de Koningin Peijs in haar voorwoord meent dat die geschiedenis teruggaat tot –pak ’m beet– 65 miljoen jaar voor Christus. Dat zal menige Zeeuw haar niet na zeggen.
N.a.v. ”Het Zeeland Boek”, door Peter Sijnke m.m.v. het Zeeuws Archief, de Zeeuwse Bibliotheek en Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland; uitg. Waanders, Zwolle, 2009; ISBN 978 90 400 8573 4; 368 blz.; € 14,95.