Privékunst op kantoor belast
Een directeur die zijn privé gekochte kunst op kantoor hangt, moet over de waardestijging belasting betalen. Dat is het gevolg van de belastingherziening die twee jaar geleden van kracht werd.
„Niemand heeft zich gerealiseerd dat dit de consequentie is van de zogenoemde terbeschikkingstellingsregeling”, aldus R. Hart, fiscalist en lid van de Entertainment & Media Group van PricewaterhouseCoopers in Amsterdam.
Op grond van die regeling stelt de wetgever dat een directeur-grootaandeelhouder met een eigen bv, belasting moet betalen als hij iets ter beschikking stelt aan zijn bedrijf. Bij een kunstwerk kan die regeling volgens Hart tot opmerkelijke situaties leiden.
„Stel dat een directeur een privé gekocht schilderij van Karel Appel op de zaak heeft. Hangt hij het over een paar jaar weer thuis op dan moet hij over de waardestijging van bijvoorbeeld 10.000 euro belasting betalen. Had hij het kunstwerk al die tijd thuis boven de bank gelaten, dan zou de fiscus hem nergens over lastigvallen. Het schilderij zou dan in box 3 vallen en zijn vrijgesteld van belasting.”
Met deze regeling in het achterhoofd zou een slimme directeur ook een voordeeltje kunnen behalen. Hart: „Stel dat hij een modern kunstwerk koopt dat na een paar jaar in waarde is gedaald. Dan heeft hij een aftrekpost gecreëerd omdat het verlies aftrekbaar is.”
Hart wil geenszins dat de fiscus de jacht op kunst in de directiekamers opent. Ze pleit voor een aanvullende regeling, waarin staat dat kunst niet onder de terbeschikkingstellingsregeling van box 1 valt.