Opinie

Ontsnapping Saban B. drama voor slachtoffers

Bij de bestrijding van mensenhandel moeten de rechten van de slachtoffers centraal staan, stelt Ineke Smidt. De ontsnapte Saban B. had daarom nooit verlof mogen krijgen.

25 September 2009 20:44Gewijzigd op 14 November 2020 08:45

De aanpak van mensenhandel heeft topprioriteit bij het kabinet. En dat moet zo blijven. Binnen de gehele keten wordt eendrachtig samengewerkt tegen de criminelen die geld verdienen door moderne slavernij te bedrijven.Van het drama rondom de verdwijning van mensenhandelaar Saban B. zijn echter wel harde lessen te leren. De aanpak van mensenhandel is namelijk nog steeds te veel dadergericht. Rechten van daders lijken soms belangrijker te zijn dan de veiligheid van slachtoffers, die vaak voor het leven zijn getraumatiseerd.

Ethiek en rechtsgeleerdheid horen bij elkaar, omdat ze beide met rechtvaardigheid te maken hebben. En die is zoek in de zaak van Saban B. versus zijn slachtoffers. De rechters hadden uit ethisch oogpunt moeten kijken naar de gevolgen voor het algemeen welzijn van de slachtoffers.

De slachtoffers van Saban B. hebben er niet veel aan als de discussie alleen maar gaat over het wel of niet ontslaan van rechters en of de minister van Justitie goed heeft gehandeld. Feitelijk zijn belangen van slachtoffers ondergeschikt gemaakt aan het geluk van een man om zijn kind te zien. Ook al was Saban B. niet gevlucht, dan nog hadden de slachtoffers hem tegen kunnen komen. Alleen dat al was genoeg reden geweest om niet tot schorsing van zijn hechtenis van hem over te gaan.

Het vertrouwen van slacht­offers in het rechtssysteem moet weer worden hersteld. Daarom is er naast meer veiligheids­garanties een verandering in denken nodig. Denken vanuit de slachtoffers moet centraal staan. Het gekibbel of Saban B. nu twee dagen of een week naar zijn vrouw en kind had mogen gaan, is niet relevant. Hij had geen twee seconden vrij mogen rondlopen.

Anonimiteit

De vlucht van Saban B. is om meerdere redenen schokkend. Ten eerste voor de slachtoffers van deze mensenhandelaar. Zij hebben recht op de genoemde bescherming. Hun veiligheidsgevoel is ernstig afgenomen.

Maar wat te denken van de gevolgen voor de strijd tegen de mensenhandel? Slachtoffers zullen waarschijnlijk nu nog moeilijker dan al het geval is bereid zijn aangifte te doen of medewerking te verlenen aan het strafproces. De risico’s van aangifte doen zijn momenteel al veel te hoog. Anonimiteit in het strafproces en veiligheidsgaranties gedurende en na het proces zijn van essentieel belang, en die kunnen nu niet worden gegarandeerd.

Het is dan ook van belang dat er duidelijke maatregelen komen om nieuwe ernstige incidenten te voorkomen. De aangegeven aanscherping van het beleid ten aanzien van schorsing van (voorlopige) hechtenis en de voorgenomen evaluatie van de zaak-Saban B. is noodzakelijk, maar niet voldoende.

Er zijn aanvullende maat­regelen nodig om te waarborgen dat de rechterlijke macht en het OM met voldoende kennis van zaken over mensen­handel uitspraken kunnen doen. Er zijn ook harde criteria nodig voor verlof op grond waarvan criminelen naar buiten mogen.

Hierbij moeten de belangen en de veiligheid van slacht­offers en hun familieleden worden meegewogen. Risico’s op represailles in Nederland of het land van herkomst zijn immers reëel. Daarom mogen mensenhandelaren zoals Saban B. alleen in zeldzame gebeurtenissen, zoals ernstige ziekte bij of overlijden van ouders, partner of kind, onder zware begeleiding kort hun straf onderbreken.

Geen sympathie

Rechten van slachtoffers moeten centraal gesteld worden. Een goede start is het los­koppelen van het strafrecht en het vreemdelingenrecht. Dit zal de aangiftebereidheid doen toe­nemen en het vertrouwen in het rechtstelsel kunnen herstellen.

Ook zal het kennisniveau bij de rechterlijke macht en delen van het OM over mensenhandel en over de specifieke positie van slachtoffers drastisch moeten toenemen. In mensenhandelzaken wordt bij de politie enkel gewerkt met gecertificeerde politierechercheurs en ook voor advocaten geldt een specialisatie. Het is belangrijk dat verzoeken tot verlof van daders enkel door mensen, of dit nu directeuren van gevangenissen of rechters zijn, worden gedaan die kennis hebben van het dossier en van mensenhandel in het algemeen.

Met die kennis van zaken komen de Saban B.’s van deze wereld, als zij eenmaal zijn gepakt, niet vrij om weer even van het leven te genieten. Dat is wat de strijd tegen de mensenhandel nodig heeft. Geen sympathie voor deze zware criminelen en absolute veiligheid voor de slachtoffers. Die garantie moet de politiek geven.

De auteur is directeur van CoMensha, het Coördinatie­centrum Mensenhandel.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer