Dat zei CU-Kamerlid Orthega-Martijn vandaag in een spoeddebat over de snelheid waarmee de aangescherpte Winkeltijdenwet wordt ingevoerd. Over het tempo van invoering ontstond twee weken geleden onenigheid in de coalitie, toen minister Van der Hoeven (Economische Zaken), tot woede van de ChristenUnie én van haar eigen CDA, voorstelde die een jaar te vertragen.Orthega zei er overigens vandaag bij dat haar partij „wel oog heeft voor de realiteit.”

Die realiteit houdt volgens de andere coalitiepartners, CDA en PvdA, in dat invoering per 1 januari 2010 niet meer mogelijk is. De Tweede Kamer heeft het debat over het wetsvoorstel gepland voor eind oktober. Vervolgens moet ook de Eerste Kamer er nog een schriftelijke en een mondelinge behandeling aan wijden. Dat lukt waarschijnlijk niet meer voor eind december.

Als de wet niet voor 1 januari door het parlement komt, leidt dat automatisch tot een half jaar vertraging. Nieuwe wetten kunnen namelijk alleen per 1 januari of per 1 juli in werking treden.

Echt effectief wordt de wet overigens pas op 1 juli 2011. Gemeenten krijgen namelijk een jaar de tijd zich aan veranderde wetgeving aan te passen, de zogeheten overgangstermijn.

Ortega liet gisteravond weten dat zij proberen zal om de behandeling van de wet te bespoedigen. Mocht invoering per 1 januari 2010 toch niet mogelijk zijn, dan houdt de kleinste coalitiepartner de mogelijkheid open de overgangstermijn te verkorten, aldus Ortega.