Het Franse automerk waarschuwt de bezoeker direct bij binnenkomst in de glazen hal: ”Géén offertes, géén taxaties, géén verkoop”. In de megatoonzaal van Peugeot Experience langs de A2 bij Breukelen staat de klant centraal. Verkopers zijn in geen velden of wegen te bekennen. „Mensen willen graag vrij rondkijken”, weet manager Thom Claassen.

Een hardhouten plankenvloer leidt de bezoeker regelrecht naar de informatiebalie. Links en rechts prijken paradepaardjes met een leeuw in het logo. Rechts achterin eentje uit de ouwe doos, links achterin eentje van de tekentafel. Oldtimer en conceptcar, keurig in balans. Daartussen staan aan elke kant drie -meer of minder opengewerkte- eigentijdse modellen opgesteld. Ooit het binnenste van een Peugeot gezien?

Tikje tam
Achter de balie zoeft een glazen lift naar de eerste verdieping. In een grote toonzaal staan pakweg vijftig voertuigen. Alle soorten, alle maten, alle kleuren. Consumenten kunnen hun favoriete type bekijken, bevoelen, bewonderen. Een bordeauxrode 307 SW met beige bekleding. Of een metallicblauwe 607 SR 2.0 met donkere bekleding. Of toch het gestreepte interieur? Alles onder het genot van koffie -of een soepje- uit de coffeecorner met kinderhoek.

Peugeot heeft 7,5 miljoen euro geïnvesteerd om klanten het goede nieuws uit Frankrijk onder de neus te wrijven. Nederland is daarmee het eerste land met een supershowroom van een dikke 4500 vierkante meter. Slaat het concept aan, dan krijgen Duitsland, Frankrijk en België mogelijk een kopie.

Peugeot kiest in de Experience voor een traditionele, net iets te tamme aanpak. Het verwachte spektakel met interactieve media en lasershows blijft uit. Op de achtergrond klinkt kalmerende muziek. „We doen het rustig aan”, erkent Claassen. „Met dit initiatief is al een geweldige investering gemoeid. We kunnen niet alles. Maar we zouden inderdaad graag wat meer multimedia hebben. Het staat op ons verlanglijstje. Experience is nog niet uitontwikkeld”, belooft Claassen.

De grootste uitstalkast van Nederland telt in totaal zo’n 150 voertuigen. Op de begane grond, een trapje lager, staan nog eens een kleine honderd Peugeots te glimmen. Experience in optima forma. Een 307 en een 807 -de modderspatten tot op het dak- zijn juist teruggekeerd van een proefrit. Rechts inrijden, links uitrijden.

Peugeot Experience verzorgt het complete wagenpark voor zo’n 400 proefritten per maand zelf. „De auto’s gaan hier soms twee, drie keer per dag door de wasstraat. Elk voertuig moet er weer piekfijn uitzien voor de volgende proefrit.” Een afspraak via de plaatselijke dealer is het enige vereiste voor een toertochtje.

Revolutie
Met het vernieuwende concept geeft Peugeot zijn dealers een extra ruggensteuntje in onzekere tijden, nadat Brussel onder leiding van eurocommissaris Monti de aanval heeft ingezet op de automarkt. Per 1 oktober mogen fabrikanten -dankzij regeling 14.002- hun technische informatie niet meer exclusief voor zichzelf houden.

Bovendien mag een importeur een autodealer niet langer verbieden om diverse merken onder hetzelfde dak te stallen. Het is straks ook toegestaan om het eigen merk op een andere locatie te beconcurreren. Ten slotte mogen buitenlandse dealers vanaf 2005 ook overal in ons land vestigingen openen.

De wijzigingen betekenen een ware revolutie in autoland. Importeurs zijn al een jaar of vijf bezig hun dealernetwerken op te schonen tot een efficiënte, slagvaardige verkoopmachine. Van de 3400 dealers zijn er inmiddels zeker 500 tot 600 gesaneerd, schat Arnold Koopmans van de Bovag, de brancheorganisatie van autodealers. Het aantal verkooppunten is met een dikke duizend verminderd. Het einde is nog niet in zicht.

De resultaten van de zoektocht naar de juiste ’afslag’ verschillen per merk. Mercedes-Benz bijvoorbeeld werkt met 29 eigenaren en zo’n 78 vestigingen. Suzuki kiest voor 71 eigenaren en 127 vestigingen. Peugeot doet het met 58 dealers en 58 subdealers, het aantal verkooppunten ligt op 194. Toch signaleert Koopmans de laatste tijd een tegengestelde trend. „Autofabrikanten hechten weer meer waarde aan een goede spreiding over het land.”

De nieuwe eisen van importeurs voor de verkoop en de aftersales zijn hoog, vertelt Koopmans. „Pand, verkopers, uitstraling, vierkante meters per auto en afleverruimte moeten aan strenge regels voldoen. Er worden hoge kwaliteitseisen gesteld. De schoen wringt niet door de hóge eisen, maar door het feit dat de eisen zó hoog worden dat een dealer er geen geld meer mee kan verdienen.”

Ook voor de consument vallen de besluiten van Brussel niet mee. Van de beloofde prijsdaling van Monti is in Nederland nog weinig te merken. Sterker nog, de prijzen stijgen. Door de liberalisering worden nieuwe auto’s tot 15 procent duurder, zo heeft de Bovag berekend. Gemiddeld schommelt de stijging ergens tussen de 5 en de 10 procent. Fabrikanten voeren de hogere prijzen stilletjes door bij de introductie van nieuwe modellen. Vergelijking met het oude type is op zo’n moment toch lastig.

De prijsverhogingen hebben alles te maken met de hoge belastingdruk in ons land. Omdat Nederland veel belasting heft, hielden de fabrikanten hun basisprijs altijd relatief laag. Daarmee kwam de uiteindelijke consumentenprijs toch nog op een redelijk acceptabel niveau uit. Door de liberalisering in de EU-landen zijn fabrikanten gedwongen hun prijzen vóór belasting gelijk te trekken. Daardoor stijgen in Nederland de basisprijs én de kostprijs.

Kassa
De consument is het haasje. Want de belastingdruk blijft ongewijzigd hoog. De Nederlandse staat verdient op elke nieuwe auto 19 procent BTW en 45,2 procent BPM (aanschafbelasting). Door de hogere basisprijzen (waarover de belasting wordt geheven) stroomt er bovendien nog meer geld naar de schatkist. „De overheid zou dat geld moeten teruggeven aan de belastingbetaler”, vindt Koopmans. Veel illusies maakt hij zich daar echter niet over.

De liberalisering kent niet alleen nadelen. „Automobilisten kunnen tegenwoordig ook in Spanje of Portugal hun auto aanbieden voor reparatie. Garantie geldt in alle EU-landen.” Bovendien is het aanbod breder geworden. „Consumenten kunnen nu ook bij hun eigen dealer een auto met Franse specificaties aanschaffen. Handig als bijvoorbeeld enkel de Franse versie is voorzien van airco en lichtmetalen velgen.” Alleen met auto’s uit Engeland ligt het een tikje lastiger.

Een ander effect van het openbreken van de automarkt voorziet Koopmans in de aftersales. „Concurrentie en schaalgrootte kunnen daar tot prijsdalingen leiden.” Niet-merkgebonden bedrijven kunnen voor verschillende merken een reparateurschap aanvragen. Koopmans wijst erop dat Kwik-Fit en Profile Tyrecenter bezig zijn hun vestigingen voor onderhoud fors uit te breiden.

Fabrikanten willen graag de banden met de klant aanhalen. Peugeot is vooralsnog het enige grote merk dat ervoor kiest het assortiment op één locatie te laten zien. Peugeot-manager Claassen benadrukt de voordelen voor de consument. „Vrijheid, blijheid. Voor tien uur kan een klant bij ons al in verschillende auto’s hebben gereden. Zonder zich een verkoper van het lijf te moeten houden.”

Bovag-jurist Koopmans is sceptisch. „Ik moet het nog zien. Een investering van 7,5 miljoen euro voor een concept dat geen cent opbrengt, is een hoop geld. Ik verwacht dat Peugeot op termijn ook vanuit Breukelen gaat verkopen.”

Claassen wil er niet van horen. Zijn Experience zonder verkoop vormt een extra schakel in het verkoopproces. „Wij leggen de klant in de watten. Maar om een auto aan te schaffen moet hij terug naar de dealer. Breukelen showt, de dealer verkoopt.”