Genoemde ondernemingen zijn voortgekomen uit het voormalige staatsbedrijf PTT. De overheid bezit op dit moment weliswaar niet meer een meerderheid van de aandelen van deze vennootschappen, maar bevindt zich via een speciale constructie nog wel in de positie om belangrijke besluiten zoals een fusie en een overname te blokkeren.

Een dergelijk vetorecht wordt door het dagelijks bestuur van de EU aangemerkt als een gouden aandeel. Zij acht zo’n situatie een belemmering voor de concurrentie en een ongeoorloofde inbreuk op de vrijheid van concerns om met elkaar banden aan te knopen.

De regering moet binnen twee maanden reageren op de zogeheten beredeneerde opinie. Is het antwoord onbevredigend, dan kan Brussel een procedure aanspannen bij het Europees Hof van Justitie in Luxemburg. Vorig jaar deed die instantie in soortgelijke kwesties in Frankrijk en Portugal uitspraken in het voordeel van de Commissie. Zij oordeelde dat de omstreden opzet alleen is toegestaan bij risico’s in de sfeer van de staatsveiligheid of de energievoorziening.

Niet alleen Nederland ligt op dit terrein onder vuur. Ook Italië en Denemarken moeten zich verantwoorden voor de invloed van de nationale overheid in enkele geprivatiseerde bedrijven.

Een woordvoerder liet gisteren doorschemeren dat er binnenkort waarschijnlijk ook actie zal worden ondernomen tegen een beslissende stem die de Duitse deelstaat Nedersaksen heeft op de gang van zaken bij autofabrikant Volkswagen.