Kloven in het vlakke land
De anti-Nederlandse sentimenten in Vlaanderen over de vertraging van het uitdiepen van de Westerschelde verbazen Geert van Istendael niet. Het regelmatig opspelende wederzijdse onbegrip gaat terug op de tegenstelling tussen Reformatie en Contrareformatie.
Wat is dat toch altijd weer met die Vlamingen en die Nederlanders? Als het de Schelde niet is waarover ze ruziën, dan is het wel de trein, als het de trein niet is, dan zijn het de vliegtuigen en als die het niet zijn, dan roven ze elkaars banken.Ik rijd nu al jaren met de hogesnelheidstrein van Brussel naar Parijs in minder dan anderhalf uur. Naar Amsterdam? Bijna drie uur, ten minste, als het ding wil rijden.
Sabena en KLM willen samenwerken. Kan niet. Mag niet. Zal niet. We klimmen weer op de barricaden van 1830 en roepen plechtig: de bedrijfsculturen zijn véél te verschillend. Latijns en polders! Sabena zoekt haar heil bij Swiss Air en gaat bankroet. Intussen werkt KLM wel samen met Air France. Nou vraag ik je! Karnemelk en camembert, dat zou dus wel kunnen!
In 1988 wil ABN AMRO onze Belgische Generale Bank inpikken. Prompt klimt de grote bankier en nog grotere Belgische patriot Maurice Lippens op de barricaden van 1830 en duwt de Hollandse bankiers een gifpil door de strot. De koning verheft hem in de adelstand.
Een paar decennia later kan de nieuwbakken edelman zich met de beste wil van de wereld niet de fabel herinneren van de kikker die dikker dan de os wilde zijn. Hij verrekt danig zijn kaakspieren in een poging om ABN AMRO te verzwelgen en gaat even later roemloos ten onder in de wereldwijde financiële crisis.
Heilige mis
Ach, de Nederlanden hadden natuurlijk nooit mogen scheuren, niet in 1585 en niet in 1830. Twee keer was het een monumentale vergissing, zoiets kun je nooit herstellen, zo veel geschiedenis wis je niet uit. Nederlanders en Vlamingen moeten terdege beseffen dat, zeker in 1830, hun voorvaderen zelf dat ravijn tussen noord en zuid hebben gegraven en ook dat sinsdien de kloof alleen maar breder en dieper is geworden.
Of ik dat erg vind? Nee. Tragisch? Nog veel minder. Ik vind het spannend. Leerrijk. Verrassend. Ik kan binnen mijn eigen taalgebied een van de grootste en scherpste tegenstellingen uit de Europese geschiedenis zien evolueren. Ik bedoel de tegenstelling tussen Reformatie en Contrareformatie.
Het wederzijdse onbegrip kun je altijd tot die tegenstelling terugvoeren, hoe weinig kerkelijk we intussen ook geworden zijn. In Vlaanderen gaat 90 procent van de mensen niet meer naar de heilige mis op zondag, Vlaanderen telt niet weinig strijdende antiklerikalen, maar dat doet niet ter zake. Op lauwe gelovigen en vurige atheïsten samen valt de slagschaduw van Rome. In Nederland zijn de roomsen en hun afvallige nakomelingen nu al decennia lang de grootste bevolkingsgroep. Maar, met of tegen hun zin, zij staan samen met de protestanten in de schaduw van Calvijn.
Vlamingen zijn dus Latijnen, ook al spreken ze Nederlands. Nederlanders zijn beslist géén Latijnen. Alleen in het uiterste zuiden van Limburg wil ik enig voorbehoud maken. Vandaar dat Vlamingen zich zo op hun gemak voelen in Frankrijk. Frankrijk is nog altijd veruit de populairste vakantiebestemming van Vlamingen, Brusselaars én Walen. Ook de Nederlanders trekken massaal naar Frankrijk, maar dat komt omdat ze het een exotisch land vinden. Wij gaan omdat we er ons thuis voelen.
Marokkaan
Wat Vlaamse nationalisten ook beweren over Groot-Nederlandse broederschap, het wordt keer op keer gelogenstraft. Een Antwerpse wethouder heeft ooit grote verontwaardiging gewekt toen hij zei dat hij liever met een Marokkaan dan met een Nederlander op een onbewoond eiland zou stranden. Hij zei alleen maar luidop wat veel Vlamingen in het geheim denken.
En ik snap het wel. De Marokkaan en de Vlaming zijn, ondanks allerlei andere, diepgaande verschillen, allebei aangeraakt door de Franse cultuur. Ik heb het hem niet gevraagd, maar de Antwerpse wethouder zou daar op zijn atol nog veel beter kunnen opschieten met een Waal. Want niets lijkt zo goed op een Vlaming als een Waal. Alleen wil de moderne Vlaming dat niet meer horen. Maar dat hij op een Nederlander zou lijken, wil hij zeker niet horen. Terecht, het klopt ook helemaal niet.
Bij dat alles moet je sinds enkele jaren een haast neokoloniale Vlaamse trots tellen. De oude onderdrukking van het Nederlands in Vlaanderen hebben we voorgoed afgeschud, gelukkig maar. We hebben flink wat autonomie verworven. We hebben een heuse regering met een heuse minister-president. We beginnen zowaar te denken dat we luid mee kunnen spelen in het grote concert van de echte staten. Vlaanderen heeft toch evenveel inwoners als Denemarken zeker! Wie doet ons wat? Dus probeert Vlaanderen op zijn strepen te staan, ook al is het fors kleiner dan Nederland.
De kloof kan alleen versmallen als de Nederlanders wat Latijnser worden, de Vlamingen een ietsepietsje noordelijker, zeg maar calvinistischer. Misschien slagen we er dan in, wie weet, 1830 definitief achter ons te laten. Misschien slagen we er zelfs in om zonder ruzie samen de Schelde uit te baggeren.
De auteur is schrijver.