Kabinet wil coffeeshop blijven gedogen
Het kabinet wil het gedoogbeleid voor softdrugs handhaven. Coffeeshops blijven bestaan, maar mogen geen toeristische trekpleister meer zijn.
Het kabinet wil dat kleinere coffeeshops straks de lokale markt met een beperkte klantenkring bedienen. Buitenlandse klanten zijn niet meer welkom. Een pasjessysteem moet toeristen buiten de deur houden. Dat hebben ingewijden gisteren gemeld. De ministerraad bespreekt vrijdag de hoofdlijnen voor het nieuwe drugsbeleid. In het najaar komt het kabinet vervolgens met een drugsnota.Nederland kent al dertig jaar een gedoogbeleid. De aanvoer van softdrugs naar coffeeshops is verboden, terwijl de verkoop van kleine hoeveelheden cannabis oogluikend wordt toegestaan.
Een adviescommissie concludeerde eerder dit jaar dat het gedoogbeleid de afgelopen vijftien jaar uit de hand is gelopen door een soms lakse uitvoering en een gebrekkige aanpak van drugscriminaliteit. De commissie oordeelde dat Nederland terug moet naar kleine, besloten coffeeshops voor gebruikers uit de directe omgeving.
Het is aan gemeenten om te besluiten of ergens coffeeshops mogen worden gevestigd. Het kabinet overweegt gemeenten de mogelijkheid te geven in een proef te bekijken of het aanleggen van grotere handelsvoorraden in coffeeshops gunstige effecten heeft, zoals het beperken van overlast door drugsrunners.
Een eventueel experiment zal alleen onder strikte voorwaarden worden gehouden. De uitkomsten ervan zullen ook eerst door de rijksoverheid worden geëvalueerd voordat er besluiten worden genomen.
Over de toekomst van het drugsbeleid ontstond vorig jaar onenigheid tussen de regeringspartijen. Tegen het zere been van de PvdA stelde het CDA dat er een einde moet komen aan het gedoogbeleid. Coalitiegenoot ChristenUnie sloot zich daarbij aan. De PvdA meent dat met het sluiten van alle coffeeshops niet alle criminaliteit, overlast en gezondheidsrisico’s zijn opgelost.
Daarnaast vindt regeringspartij CDA het kabinet te afwachtend bij de aanpak van de problemen met de partydrug ghb. „We staan erbij en kijken ernaar”, constateerde Tweede Kamerlid Joldersma van de fractie van die partij gisteren.
Tijdens het wekelijkse vragenuurtje in de Tweede Kamer riep ze het kabinet ter verantwoording over het toegenomen aantal incidenten na ghb-gebruik. Joldersma stelde voor deskundigen op het gebied van de partydrug bij elkaar te zetten, zodat ze voor het einde van deze maand een plan van aanpak kunnen maken.
Staatssecretaris Bussemaker (Volksgezondheid) was het met Joldersma eens dat ghb een gevaarlijk goedje, verslavend en moeilijk te behandelen is.