Zorgen om stageplek jongere
Staatssecretaris Klijnsma (Sociale Zaken) is bezorgd over het aanbod aan stage- en leer-werkplekken voor jongeren.
„Vooral voor die sectoren waar het nu moeilijk gaat door de recessie, wordt het een kunst” om jongeren werkervaring op te laten doen die nodig is voor hun opleiding, en om hun kansen op werk te vergroten. Ook het aanbod bij de overheid valt haar tegen.Dat maakte Klijnsma gisteren duidelijk na vragen van Tweede Kamerlid Van Gent van GroenLinks over de maatregelen tegen de oplopende jeugdwerkloosheid. De staatssecretaris zei al in gesprek te zijn met verschillende branches.
Klijnsma wees op de toezegging van werkgevers dat ze jongeren willen helpen die drie maanden na het behalen van hun diploma nog geen baan hebben.
„Ik krijg signalen dat werkgevers het heel moeilijk vinden om in deze tijd van crisis die jongeren binnen te hijsen. Het is belangrijk om te investeren, want die jongeren hebben ze na de crisis hard nodig.”
Dit voorjaar meldde Colo, samenwerkende kenniscentra voor beroepsonderwijs en bedrijfsleven, dat 150.000 stageplekken gevaar lopen door de crisis. In oktober hoopt Colo duidelijk te hebben hoeveel jongeren nog geen leerplek hebben en in welke sectoren extra maatregelen nodig zijn.
Op verzoek van CDA-Kamerlid Van Hijum neemt Klijnsma nog contact op met Binnenlandse Zaken, omdat bij de hele rijksoverheid 42 stageplekken aangeboden zouden worden. „Dat zijn maar drie stageplaatsen per ministerie”, rekende Van Hijum voor. De bewindsvrouw zei nauwgezet te willen weten hoe dat zit en welke ministeries achterblijven.
Volgens de staatssecretaris is deze zomer in alle dertig regio’s „keihard gewerkt” aan actieplannen tegen jeugdwerkloosheid door alle betrokken partijen: gemeenten, uitkeringsinstituut UWV, werkgevers, vakbonden, onderwijs en jeugdzorg. Het is volgens haar wel zaak dat miljoenen euro’s die landelijk zijn toegezegd door opleidingsfondsen van branches, zoals metaal en bouw, ook lokaal worden besteed.
De staatssecretaris roept ouders van jeugdwerklozen op hun kinderen naar de arbeidsbemiddelaars en (studie)adviseurs van de Werkpleinen te sturen. Het is volgens Klijnsma de taak van ouders om mee te werken om hun kroost aan een baan of (vervolg)opleiding te helpen.