Het geld, dat landen moet helpen de economische crisis te doorstaan, wordt beschikbaar gesteld in de vorm van zogenoemde speciale trekkingsrechten (SDR’s), de eenheid die het IMF gebruikt in het betalingsverkeer met zijn lidstaten. Landen kunnen SDR’s onderling verhandelen en kunnen op die manier hun internationale reserves vergroten.Van het totaalbedrag van 250 miljard dollar is 100 miljard bestemd voor opkomende economieën en ontwikkelingslanden. Daarvan wordt een bedrag van 18 miljard dollar verdeeld onder de armste landen.

Het plan werd aangekondigd op de G20–top in april in Londen, maar moest nog worden goedgekeurd door de lidstaten.

Ontwikkelingsorganisatie Oxfam prees het IMF voor de snelle uitvoering van het plan, maar vindt dat er niet voldoende geld beschikbaar komt voor de armste landen. „Van het totale bedrag van 250 miljard dollar gaat minder dan 11 miljard naar landen ten zuiden van de Sahara, terwijl Afrika door de internationale recessie geconfronteerd wordt met een financieel zwart gat van 245 miljard dollar. Het IMF en de rijke landen moeten er nu voor zorgen dat een groter deel van de middelen naar de arme landen gaat", aldus Oxfam.