Twijfels in Kamer over nieuwe termijn Wellink
DEN HAAG (ANP) – In de Tweede Kamer bestaan twijfels over de vraag of president Nout Wellink van De Nederlandsche Bank in 2011 moet worden herbenoemd. Wellink en DNB lagen de afgelopen maanden herhaaldelijk onder vuur vanwege het optreden rond de IJslandse internetbank Icesave en rond de overname van ABN Amro.
De SP stelt als enige partij ronduit dat de CDA’er Wellink zich niet verkiesbaar moet stellen. De PvdA stelt dat de Kamer niet gaat over de herbenoeming, maar Kamerlid Mei Li Vos vindt het wel „raar" dat de nu 65–jarige Wellink nog een termijn wil, na 27 jaar werken bij DNB, waarvan nu twaalf jaar als president.Andere partijen onthouden zich van een oordeel over de kandidaatstelling, ook al hebben ze kritiek op Wellink.
Vos heeft wel een „goede tip" voor Wellink: „Ik zeg niet dat hij weg moet, maar als je zo lang als hij op een plek zit, is het misschien goed om eens iets anders te doen. Wellink zou een heel goed docent zijn aan de universiteit".
Farshad Bashir van de SP stelt dat het belangrijk is voor de toekomst dat er bij DNB iemand aan het roer staat „die het vertrouwen geniet van de mensen en de financiële markten. Daarom lijkt het me verstandig dat Wellink de eer aan zichzelf houdt".
Frans Weekers van de VVD ergert zich aan de Kamerleden die nu hun definitieve oordeel al klaar hebben. Ook de VVD is kritisch over Wellink, maar wil eerst het weerwoord afwachten dat de DNB–president aan de Kamer zal geven. „Het is niet fair en voorbarig om nu al nee tegen een herbenoeming te zeggen. Dan ben je Wellink aan het beschadigen".
CDA, GroenLinks en D66 vinden het voorbarig nu al over de toekomst van Wellink bij DNB te debatteren.
Wellink ligt al enige tijd onder vuur. Eind juni kreeg hij harde kritiek vanuit de Tweede Kamer over de rol van DNB in de Icesave–kwestie. Vooral het feit dat hij niet waarschuwde voor problemen bij de internetspaarbank werd hem verweten.
Als het gaat om ABN Amro, heeft Wellink er vaak op gewezen dat hij als enige waarschuwde voor de gevaren van een opdeling van de bank. Maar zijn critici stellen dat Wellink toch het fiat gaf voor de splitsing.
Ook op zijn rol als toezichthouder op banken kwam commentaar, bijvoorbeeld in de vakpers. Wellink zou vooral anderen de schuld geven van de kredietcrisis, zoals politici en ratingbureau’s. DNB, zo gaf hij verscheidene keren aan, viel niets te verwijten.
Wellink liet afgelopen maart weten graag nog een derde termijn bij DNB te vervullen. Hij volgde in 1997 Wim Duisenberg op als president van het instituut.