Boodschap Jakobus direct vertaald naar situatie van nu
Titel:
”De brief van Jakobus”
Auteur: ds. G. v.d. Brink
Uitgeverij: Kok, Kampen, 2002
ISBN 90 435 0454 6
Pagina’s: 160
Prijs: € 14,50. Dankzij het EO-programma ”De Bijbel Open” zijn er op diverse bijbelboeken al heel wat verklarende delen verschenen. Dit jaar verscheen een uitleg van de brief van Jakobus van de hand van ds. G. van den Brink. Deze was van 1953 tot 1998 predikant in de (vrijgemaakt) Gereformeerde, later Nederlands Gereformeerde Kerken.
De auteur weet waarover hij het heeft. Dat blijkt ook als hij inleidingsvraagstukken bespreekt, zoals ”Welke Jakobus is de schrijver?”, ”Wanneer is de brief geschreven?”, ”Aan wie?” Op een verrassende wijze gaat hij om met problemen die wetenschappers inbrengen en hij weet deze soms heel ontwapenend te beantwoorden.
Bij zijn uitleg van de brief gaat ds. Van den Brink duidelijk uit van de twee belangrijkste vragen bij de bestudering van de Schrift: 1) Wat staat er?; 2) Wat heeft dit ons te zeggen? Tegelijk is de overgang tussen beide aspecten steeds weer heel vloeiend. De auteur heeft een gedegen kennis van de tijd en de omstandigheden van Jakobus, en eveneens van de huidige. In eindnoten wordt ook steeds weer deskundig verantwoording afgelegd.
Ds. Van den Brink heeft een heel directe stijl, waardoor de lezer zich weet aangesproken. Hij heeft een bijzondere gave om treffende voorbeelden te kiezen en de lijnen naar de christen in deze moderne tijd door te trekken. Hij heeft een scherp oog voor het eigene van Jakobus. De combinatie van het een en ander maakt dat hij spijkers met koppen slaat en de boodschap van Jakobus heel direct weet te vertalen naar nu.
De gave om de inhoud zo te kunnen verbeelden, brengt ook gevaren met zich mee. Uiteraard, elke sterkte kent haar zwakte. Bij het gericht zijn op het concreet maken kan het beeld soms ook te gemakkelijk meeslepen. Bij de verduidelijking van wat ”lijdzaamheid” is, gebruikt Van den Brink op blz. 146 de goede analyse van het Griekse woord hupomonè, dat is samengesteld uit twee woorden: hupo = onder, menoo = blijven, en trekt hij de lijn door naar de pijler onder een brug. Dat is meer trefzeker dan de vergelijking met een gewichtheffer, die hij al eerder uitwerkte op blz. 27.
Ook het gevaar van al te populair worden ligt dichtbij. Dat God ons alleen gebaard heeft „omdat Hij daar plezier in had”, is mij te mager en ook te profaan geformuleerd. Ik mis dan toch de grondnoties van bijbelse begrippen die dieper boren.
Tegelijk haast ik mij om terug te keren naar het positieve. De boodschap moet ook actueel vertolkt worden, zodat deze binnendringt in het concrete leven van hier en nu. Vooral voor onze jongeren is dat belangrijk, zodat zij weten dat de bijbelse boodschap niet alleen iets ouderwets en theoretisch is voor de zondag, maar juist heel concreet ons leven van iedere dag raakt.
Ook de manier waarop Van den Brink Jakobus 5:14 en 15 uitlegt, dwingt respect af. Heel evenwichtig belicht hij de zaak vanuit verschillende perspectieven (150-155). Predikanten en kerkenraadsleden moeten dit maar eens bestuderen om niet alleen met kennis van zaken, maar ook met nuchterheid de ziekenzalving te beoordelen.
Deze bijbeluitleg leent zich goed voor persoonlijke bijbelstudie en eveneens voor bijbelkringen. De bijgevoegde gespreksvragen kunnen goede diensten bewijzen.