De interactieve website van Verdonks Trots op Nederland, waarop iedereen ideeën kon aanleveren en kon meepraten, moest vorig jaar binnen enkele dagen alweer worden gesloten. De site werd overspoeld met scheldpartijen en voorstellen als gratis aambeienzalf en sjoelen als olympische sport.Dat kan beter, denkt het kabinet. Minister Hirsch Ballin van Justitie gaf gisteren het startsein voor een proef om burgers, bedrijven en belangengroepen via internet mee te laten praten over nieuwe wetten en regels. Het gaat om een experiment waarbij alle ministeries minimaal 10 procent van hun plannen voor nieuwe wetten op een speciale website voorleggen aan belangstellenden.

Volgens het kabinet is dat goed voor de openheid in het wetgevingsproces en de kwaliteit van wetten. „Het geeft mensen het gevoel dat er naar hen wordt geluisterd”, merkte Hirsch Ballin gisteren op.

E. Dommering, hoogleraar informatierecht, relativeert het initiatief. „Het is een enorme verbetering voor de democratie dat de overheid via internet steeds toegankelijker wordt. Maar wetgeving is een complexe aangelegenheid. Het is dan ook de vraag of deze site iets oplevert.”

Nu staat er een item op de site over de ”Wet prejudiciële vragen aan de Hoge Raad.” Dommering: „Dat is veel te ingewikkeld. Dan moet je wel goed weten waar het over gaat.”

CDA-Tweede Kamerlid M. de Pater-van der Meer, voorzitter van de Kamercommissie justitie, is positief over internetconsultatie. „Je kunt mensen al in een vroeg stadium mee laten denken.” Toch plaatst ook zij kanttekeningen. „Het gevaar van manipulatie bestaat. Een belangengroep zou de gedachtevorming een bepaalde richting op kunnen sturen.”

Ze wijst op het kabinetsvoorstel van twee jaar geleden om pasfoto’s voor paspoorten op het gemeentehuis te laten maken. „Wij Kamerleden kregen massaal protestmails; die bleken van het fotografengilde afkomstig te zijn. Dat experiment is dus niets geworden. Maar burgers, die er wellicht anders over dachten, hebben we niet gehoord.”

Minister Hirsch Ballin benadrukte gisteren dat internetconsultatie geen referendum is. „Het hoeft geen representatief beeld te geven van de meningen over een wet. Het gaat om transparantie en om het benutten van de beschikbare kennis in de samenleving.”

De Pater-van der Meer: „Dat zal best. Maar de verantwoording naar burgers toe verandert wel. Ik heb iets uit te leggen als het oordeel van de Kamer anders uitvalt dan de meerderheid van de reacties op de site.”

Het kabinet besluit over twee jaar of deze vorm van internetconsultatie blijft bestaan. De Pater-van der Meer glimlacht: „Misschien is dan wel de conclusie dat we geen volksvertegenwoordiging meer nodig hebben.”

www.internetconsultatie.nl.