Wijzigingen in belastingwetgeving per 1 januari
In aanvulling op de oudejaarsbijdrage van vier weken geleden wordt hieronder met name ingegaan op de wijzigingen in de belastingwetgeving per 1 januari 2003. Het is natuurlijk onmogelijk om alle aanpassingen te bespreken, maar een aantal opvallende wijzigingen zal ik aan de orde stellen.
Bij de heffing van de inkomstenbelasting en de premie volksverzekeringen zijn de lage tarieven in 2003 gestegen. Dit vindt zijn oorzaak in een stijging van de tarieven voor de premies volksverzekeringen van 29,40 procent in 2002 tot 31,20 procent in 2003. Daarnaast zijn de belastingtarieven in de beide eerste schijven licht gedaald. Een en ander heeft geleid tot een totaaltarief van 32,90 procent voor de eerste 15.883 euro en een totaaltarief van 38,40 procent voor de inkomsten tussen de 15.883 euro en de 28.850 euro. De hogere tarieven van 42 en 52 procent zijn hetzelfde gebleven. De inkomensgrens tussen beide tarieven is gesteld op 49.464 euro.
De meeste heffingskortingen zijn licht gestegen. Wat hierbij echter opvalt is dat de maximale arbeidskortingen voor 57-plussers een forse toename kennen. Zo is de arbeidskorting voor 57-jarigen verhoogd met 220 euro tot 1339 euro en de arbeidskorting voor 62-plussers zelfs met 349 euro tot 1809 euro. Op deze manier wordt gestimuleerd dat 57-plussers langer blijven werken.
Het heffingsvrije vermogen in 2003 is aangepast van 18.146 euro tot 18.800 euro per persoon. Dit betekent dat vermogen tot 18.800 euro niet belast is in box 3.
Tot en met 2002 werd bij de vaststelling van de voorlopige teruggaaf geen rekening gehouden met ingehouden dividendbelasting en kansspelbelasting. Vanaf 2003 wordt echter wel rekening gehouden met beide voorheffingen. Bij aandelen die in box 3 vallen, kan dit ertoe leiden dat u ingehouden dividendbelasting eerder terugkrijgt.
Sinds 2002 wordt een gedeelte van de woon-werkkilometers aangemerkt als kilometers gereden voor privé-doeleinden. Indien de afstand tussen huis en werk minder is dan 10 kilometer, worden de gereden woon-werkkilometers aangemerkt als privé-kilometers. Dit geldt ook voorzover het werk op meer dan 30 kilometer van de woning is gelegen. Inmiddels is (met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2002) een bepaling ingevoerd waardoor de met de auto van de zaak gecarpoolde woon-werkkilometers niet worden aangemerkt als privé-kilometers.
Dus wanneer u iemand met uw auto van de zaak naar zijn werk brengt, worden alle carpoolkilometers aangemerkt als zakelijke kilometers en niet als privé-kilometers. Dit is van belang, want als u minder dan 8000 privé-kilometers rijdt, dan de bijtelling auto van de zaak van 25 procent verminderd.
Minister Donner van Justitie gaf deze week aan dat ingevoerde wetgeving niet al te snel weer moest worden afgeschaft in verband met de continuïteit van de wetgeving. Dit komt de betrouwbaarheid van de wetgever ook weinig ten goede. Op het ministerie van Financiën hebben ze daar echter weinig moeite mee. De in 2001 ingevoerde fietsaftrek voor werknemers die naar hun werk fietsen, is immers al weer afgeschaft. De regeling, bedoeld om het fietsen te stimuleren, bracht (vooral voor werkgevers) te veel administratieve rompslomp met zich mee. Dit woog niet op tegen het beperkte milieuvoordeel.
Ook de premiespaarregeling (die al wat langer meegaat) is afgeschaft. De tot en met 2001 gespaarde bedragen vallen in 2003 vrij, de in 2002 gespaarde bedragen in 2004. Na veel gesteggel is de spaarloonregeling blijven bestaan, met een jaarlijkse maximuminleg van 613 euro. Bij de spaarloonregeling kan de werkgever echter geen extra bedragen inleggen, zoals bij de premiespaarregeling wel het geval was.
Verder is de geschenkenregeling afgeschaft. Dit betekent dat onder meer kerstpakketten en uitkeringen in het kader van andere feestdagen aan de werknemer belast zijn. Tot 2002 waren deze geschenken vrijgesteld van loonbelasting tot een bedrag van 136 euro per jaar. De werkgever moet vanaf 2003 dus loonbelasting gaan inhouden over dergelijke geschenken. Daarom zullen werkgevers deze regelingen nu misschien wel afschaffen en anders zal er belasting moeten worden betaald.
Geschenken bij feestdagen doen het altijd goed op het werk en zorgen vaak voor een goede verstandhouding tussen werkgever en werknemer. Naar mijn mening is de afschaffing van de geschenkenregeling (die de arbeidsrelatie ten goede kwam) weinig doordacht.
Als laatste nog de wijzigingen in de Successiewet (onder meer betreffende het schenkings- en het successierecht). De schenkingsvrijstelling door ouders aan kinderen bedraagt in 2003 4143 euro per jaar. Eenmalig kan een beroep worden gedaan op de verhoogde vrijstelling van 20.711 euro (2003). Een opmerkzame lezer merkte nog terecht op dat deze vrijstelling alleen geldt voor kinderen tussen de 18 en de 35 jaar. In het successierecht is verder ook een aantal aanpassingen ingevoerd. Deze wijzigingen zien met name op de invoering van het nieuwe erfrecht.