Wereldwijde protesten tegen oorlog in Irak
Over de hele wereld is afgelopen weekeinde tegen een mogelijke aanval op Irak gedemonstreerd. Pacifisten, vakbondsleden en antiglobalisten gingen de straat op in Europa, het Midden-Oosten, Azië en Amerika.
Een groot aantal marsen telde honderden tot enkele duizenden deelnemers. Bij enkele bijeenkomsten kwamen tienduizenden tot honderdduizenden personen opdagen.
De Iraakse president Saddam Hussein begroette zaterdag in een toespraak de wereldwijde demonstraties. Hij verklaarde dat de betogingen duidelijk maken dat Irak internationale steun geniet voor diens weerstand tegen de Verenigde Staten. Hussein sprak tegen hooggeplaatste officieren. Een opname van de toespraak werd op de Iraakse televisie uitgezonden.
In de VS, de grootste voorstander van militair ingrijpen, vonden de omvangrijkste betogingen plaats. Volgens waarnemers ging het in Washington en San Francisco om de grootste vredesmarsen sinds de Vietnam-protesten ruim dertig jaar geleden.
In de Amerikaanse hoofdstad verzamelden zich ondanks een bijtende kou tienduizenden tegenstanders van een interventie. De organisatie International Answer (Act Now To Stop War & End Racism) en een coalitie van studenten- en kerkorganisaties en vakbonden, de initiatiefnemers van de manifestatie, spraken over een half miljoen deelnemers. De politie wilde uit angst voor klachten geen getal noemen.
De favoriete leus van de spreekkoren was: Geen oorlog voor olie. Een vakbondsleider uit New York beschuldigde de Amerikaanse president ervan het verdriet van de Amerikanen over de aanslagen van 11 september uit te buiten om een oorlogskoers te kunnen varen.
Met een stille mars in de nacht van vrijdag op zaterdag was Wenen afgelopen weekeinde de eerste Europese stad met een vredesbetoging. De optocht eindigde voor de ambassade van de VS, waar de demonstranten een Amerikaanse vlag verbrandden.
In Parijs en andere Franse steden gingen enkele duizenden mensen de straat op om tegen een oorlog te ageren. Ook in de Zweedse hoofdstad Göteborg en in Duitse steden als Rostock en Tübingen deden duizenden mensen mee aan een protestmars.
Tienduizenden betogers trokken bij kaarslicht door Britse en Ierse steden in een zwijgend protest tegen een oorlog. In Zuidwest-Ierland uitten 2000 personen hun onvrede over het besluit van de regering om een vliegveld open te stellen voor Amerikaanse toestellen op weg naar de Golfregio.
Duizenden Italiaanse antiglobalisten begaven zich naar de haven van Napels. Zondag gingen in Spanje en België mensen de straat op. In Brussel deden naar schatting van de politie ongeveer 5700 personen mee. De betogers, onder wie leden van de Arabisch Europese Liga, verzetten zich ook tegen een mogelijke Belgische deelname aan de oorlog.
Zaterdag had er in Tokio al een demonstratie met vredesconcert van naar schatting 4000 mensen plaatsgevonden. In de Syrische hoofdstad Damascus scandeerden meer dan 15.000 mensen leuzen tegen de Amerikaanse oorlogsvoorbereidingen en de steun van Washington voor Israël.
Voor de ambassade van de VS in Moskou zwaaiden enkele honderden communisten met rode vlaggen en portretten van Lenin in een steunbetuiging aan Irak. In Pakistan poogden schoolkinderen en vrouwen een menselijke keten te vormen van de hoofdstad Islamabad naar het 10 kilometer verderop gelegen Rawalpindi.
Er waren ook kleinere betogingen in Caïro, waar betogers een verbod op politieke manifestaties negeerden, Argentinië en Mexico. In Turkije verrichtte de politie ruim twintig aanhoudingen bij een kleine manifestatie in Istanbul. In Ankara was een betoging van 2000 man.
De Nederlandse politie pakte ongeveer negentig actievoerders op, die de militaire vliegbasis Volkel, waar Nederlandse en Amerikaanse militairen zijn gestationeerd, wilden binnendringen voor een ’burgerinspectie’ van Amerikaanse kernwapens.