Elfde grote crash voor Air France
APELDOORN - Air France, waarvan maandag een Airbus A330 met 228 mensen boven de Atlantische Oceaan verongelukte, heeft in de luchtvaartwereld een gunstige naam als het gaat om vliegveiligheid. Gunstig is in dit geval echter een relatief begrip; de Franse maatschappij had eerder tien ernstige ongevallen met straalvliegtuigen.
Dat blijkt uit gegevens van Aviation Safety Network over het bijna vijftigjarige straaltijdperk. Het nu voorlaatste incident met een toestel van Air France had plaats op 2 augustus 2005. Tijdens hevige onweersbuien landde een Airbus 340-300 op de luchthaven van het Canadese Toronto en schoot over het einde van de landingsbaan in een geul. Daarbij vatte het toestel vlam.Ondanks dat de evacuatie werd vertraagd doordat 50 procent van de passagiers de handbagage meenam, werden alle 309 inzittenden gered. Hoewel een vliegramp vrijwel nooit het gevolg is van één oorzaak, blijkt uit het onderzoek naar dit ”incident” dat de bemanning tijdens de nadering en landing nogal wat steken heeft laten vallen. Ook bleken de procedures van Air France niet te voorzien in richtlijnen die aangeven hoe ver vliegtuigen bij onweersbuien weg moeten blijven tijdens de nadering en landing.
Het eerste ongeval met een straalvliegtuig bij Air France had plaats in 1961. Een Sud-Aviation Caravelle verongelukte toen tijdens de landing in Rabat (Marokko) waarbij alle 77 inzitenden omkwamen. Het jaar daarop verongelukten twee Boeing 707’s waarbij in totaal 243 doden vielen.
Tussen 1968 en 1989 gingen nog vier vliegtuigen verloren met in totaal 223 doden. Bij een van deze ongevallen overleefden 133 mensen die ramp. Afgezien van een kaping van een Airbus A300 in 1992 (7 doden), vielen er bij Air France tussen 1989 en 2000 bij enkele incidenten geen doden.
Beangstigend was in 1993 wel het doorschieten van de Boeing 747 van Air France bij de landing op Tahiti. Hierbij kwam het toestel in een lagune terecht. Alle 272 inzittenden overleefden dit incident, zoals zo’n ongeval zonder doden te boek staat.
Op 25 juli 2000 ging het echter vreselijk mis met het vlaggenschip van Air France, de Concorde. Dit supersoon vliegende toestel was sinds 1976 in gebruik en werd toen bij de Franse maatschappij alleen nog op de lijndienst Parijs-New York en voor charters ingezet. Het toestel startte vanaf Parijs met een volle bezetting voor een charter naar New York. Bij de start vloog de Concorde in brand en verongelukte enkele minuten later op een hotel in het dorp Gonesse nabij de luchthaven. Alle 109 inzittenden en vier mensen op de grond kwamen daarbij om.
Een stuk metaal sloeg op de startbaan een band van de Concorde kapot, waarvan stukken rubber een gat in de brandstoftanks veroorzaakten. Door vonken van een losgeslagen kabel vloog de kerosine in brand. Nadat de Concorde eind 2001 na uitgebreide veiligheidsaanpassingen weer in de lucht kwam, heeft Air France nog minimaal drie keer een incident met dit toestel gehad. In februari 2003 betrof dat op weg naar New York het verlies van het bovenste deel van het staartstuk. Dat incident was de aanleiding dat Air France drie maanden later haar vluchten met de Concorde definitief beëindigde.