Ingrijpend vonnis over successierecht
Nabestaanden van overleden Nederlanders die zijn verhuisd naar een ander EU-land hoeven voortaan geen belasting meer te betalen over hun erfenis.
Dat is de conclusie die het advocatenkantoor Loyens & Loef maandag heeft getrokken na een uitspraak van het gerechtshof in Den Bosch. Het oordeel van de rechter heeft grote gevolgen, stelt het kantoor. Elk jaar emigreren ongeveer 20.000 Nederlanders naar landen binnen de Europese Unie, zo blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Door het vonnis zou de Nederlandse schatkist elk jaar honderden miljoenen aan successierechten kunnen mislopen.
Deze raming is volgens het ministerie van Financiën te hoog. Het totale bedrag dat het departement in 2001 aan successierechten heeft ontvangen, is 1,3 miljard euro. Overigens overweegt het ministerie nadrukkelijk in cassatie te gaan tegen het vonnis van het hof, zo liet een woordvoerder weten.
De kern van de zaak, die was aangespannen door een nabestaande, betreft het onderscheid dat de fiscus maakt tussen Nederlanders en andere EU-ingezetenen, aldus Loyens & Loef. Andere Europeanen die vanuit Nederland emigreren, hoeven geen belasting over erfenissen te betalen. Het juristenkantoor spreekt hierbij van een vorm van discriminatie die in strijd is met het EU-verdrag.
In Nederland moeten de kinderen en de huwelijkspartner 27 procent van het nagelaten vermogen aan de Belastingdienst afdragen. Broers en zussen betalen 53 procent, terwijl niet-bloedverwanten 68 procent moeten neertellen.
Overigens klopt de fiscus alleen aan bij de nabestaanden als de emigrant binnen tien jaar na zijn verhuizing uit Nederland overlijdt. Daarna hoeven zij geen successierechten meer aan de Nederlandse staat te betalen. Deze regel moet voorkomen dat ouderen kort voor hun dood over de grens gaan wonen, waarna de fiscus deze belastinginkomsten niet meer zou kunnen innen.