De Provinciale Staten van Brabant hebben op vrijdag 24 april tegen de verkoop van Essent aan het Duitse RWE gestemd. Een flink aantal Statenleden steunde de verkoop niet, omdat ze RWE niet milieubewust genoeg vinden. De Brabanders mogen echter met name blij zijn met het behoud van Essent omdat een provinciale overheid niet met zo veel geld overweg kan.Het is aantoonbaar uit het verleden dat de provincie de verleiding om te ”sinterklazen” niet aankan. Voor de stemming van 24 april mochten we via de media al kennismaken met verlanglijstjes van zowel de oppositie als de coalitie.

Zo wil de PvdA meer geld voor duurzame energie. Een loffelijk streven. De praktijk is echter dat er miljoenen vrij worden gemaakt voor bijvoorbeeld nimmer in Nederland rendabele zonnepanelen. Ook andere punten doen het altijd goed op verlanglijstjes. Een weg hier, een bijdrage aan een voedselbank daar.

Het beschikbaar vermogen wordt door deze uitgaven minder. En deze uitgaven zijn zeker niet allemaal investeringen, maar vaak consumptieve bestedingen. Vergelijk het met een burger die een stukje van zijn tuin verkoopt om vervolgens met de opbrengst luxe uit eten te gaan en ook nog een mooie reis te maken. Hij is een ervaring rijker, maar een ‘schat’ armer.

Een tweede argument tegen de verkoop is dat het deel van de opbrengst dat niet wordt uitgegeven naar verwachting onvoldoende professioneel wordt beheerd. Als we de gedeputeerde van financiën mogen geloven wordt dit geld met name rentedragend weggezet.

Koopkracht

Daar is op zich niets mis mee. De renteopbrengsten zullen echter aan de jaarlijkse inkomsten worden toegevoegd, zonder dat het vermogen qua koopkracht in stand wordt gehouden. Een plicht richting volgende generaties is juist dat de vermogensopbrengst van Essent ten minste in koopkrachttermen in stand moet blijven. Dit betekent dat je de ontvangen rente-inkomsten voor een groot deel terug moet storten bij de hoofdsom om de koopkracht in de toekomst hetzelfde te laten zijn.

Een derde argument om –nu– niet te verkopen is dat de waardering van ondernemingen op dit moment aanzienlijk lager is dan een paar jaar geleden. Het is zeer waarschijnlijk dan als de economie weer is hersteld een hogere opbrengst mogelijk is.

Een alternatief is om een goed investeringsplan te hebben. Wat te denken van een investering in een nieuw provinciaal initiatief, dat hopelijk over tientallen jaren kan worden afgestoten tegen aantrekkelijke condities omdat het niet langer, zoals nu bij Essent, als overheidstaak wordt gezien. Laten de aandeelhouders van Essent hiermee aan de slag gaan.

De auteur is econoom en oud-lid van de Provinciale Staten van Noord-Brabant voor het CDA.