Vol gas langs de gevelpandjes
De amsterdammertjes flitsen voorbij. Met een flinke vaart rost een Daf 33 in besteluitvoering door de smalle straatjes van de grachtengordel. Elke kuil en hobbel is pijnlijk voelbaar. Spreken in het bejaarde beestje is alleen met stemverheffing mogelijk. Het deert eigenaar Roy Wenting niet. „Dit is de ideale auto voor mijn bezorgwerk in Amsterdam.”
Achter in de bestelauto staan enkele zakken schoon wasgoed. Wenting, eigenaar van wassalon De Zeepbel aan de Nieuwezijds Voorburgwal, maakt een rondje langs zijn klanten. Op de Herengracht rechtdoor, over een bruggetje linksaf, trambaan dwars oversteken, rechts langs het water, even stoppen voor een dubbel geparkeerde auto, dan weer vol gas langs de gevelpandjes.
Hardhandig draaft het Dafje over een drempel. Wenting verblikt of verbloost niet. „Daar heeft zo’n auto geen enkele moeite mee. Pas reed ik hier tussen twee Ferrari’s. Die hadden een uur nodig om over die hobbels heen te komen.” De weg is geblokkeerd door twee vrachtwagens. De Amsterdammer bedenkt zich niet en rijdt aan de overzijde van de gracht tegen het verkeer in en maakt zich uit de voeten.
Jaarlijks maakt het uit 1974 daterende voertuig zo’n 10.000 tot 12.000 kilometer. De teller staat op een dikke 51.000 kilometer. Waarschijnlijk is het klokje al drie keer rond geweest. De Daf-bestel is dagelijks zo’n vier tot zes uur te vinden op de weg in Amsterdam. Bruggetje op, bruggetje af. Maar ook in de regio. „Op de Ring haalt-ie gemakkelijk 110 kilometer per uur.”
Tussen elf en vijf brengt een parttime chauffeur stapels wasgoed rond. Schoon spul heen, smerig spul terug. Klanten variëren van de louche coffeeshop ”Wolkje Wietje” tot het chique restaurant ”Zeeland”. Maar ook Telepizza, Pizza Taxi en Italiaanse Pizza staan in het klantenbestand. „We kunnen volgens het boekje 500 kilo vracht meenemen”, vertelt Wenting. Toch wil hij dat zijn vierwieler niet aandoen. „Met een 200 kilo houdt het voor mij op.”
De wassaloneigenaar maakt bewust gebruik van een oud vehikel. Hij wijst naar het kale dashboard. „Hier zit niks in. Geen radio, geen cd-speler. Er is niemand die het in zijn hoofd haalt om zo’n auto te jatten.” De Amsterdammer benadrukt dat rijden met een nieuwe auto in hartje hoofdstad ook geen doen is. „Je hebt hier zo een deuk of een kras te pakken.”
Traploos
Wenting maakt dankbaar gebruik van de voordelen van de traploze automaat. „Een Daf is starten en lopen. Met een gewone auto schakel je je suf in de stad. Daarom is zo’n variomatic ideaal.” Gordeldragen is niet noodzakelijk in het oude voertuig. „Komt goed van pas bij de bezorging.” De smalle opbouw van de bestelauto is een uitkomst in de straatjes van Amsterdam. „Pas wurmde zich hiernaast een auto door een steegje. Een hele rij auto’s beschadigd.”
Wenting heeft zijn 33 gekocht bij een garage in Uithoorn. De voormalige PTT-bestelauto was vroeger grijs-blauw, maar is sinds een spuitbeurt helderwit. Alleen de binnenkant is niet onder handen genomen. Op portieren en stijlen prijkt nog steeds de kleur van de oude PTT-huisstijl. Hier en daar komt een verdacht bruin kleurtje door de lak…
Op de zijkant staat in sierlijke, nostalgische letters de naam van de wassalon geschilderd: De Zeepbel. De ondernemer heeft daarvoor speciaal een ambachtelijke, maar gepensioneerde reclameschilder ingehuurd. „Eerst had ik er weinig vertrouwen in”, bekent hij eerlijk. „De handen van die man bibberden enorm. Ik dacht: Dat gaat nooit goed. Toch is hij erin geslaagd de letters strak en kaarsrecht aan te brengen.”
Het gebruik van een oud voertuig kent ook nadelen. Op het nagenoeg kale dashboard ontbreekt bijvoorbeeld een benzinemeter. „Dat moeten we zelf bijhouden aan de hand van de kilometerstand.” Het 750 cc motortje haalt 1 op 10. Een volle tank is goed voor 300 kilometer. „Elke nieuwe chauffeur struikelt daarover. Regelmatig word ik opgebeld: Ik sta hier zonder benzine…” Om verzekerd te zijn van vervoer heeft de ondernemer autoverhuurbedrijf Greenwheels achter de hand.
Hollands fabrikaat
Onderhoud aan het tweecilindertje kost meer moeite dan normaal. Veel garages kunnen niet meer overweg met dit stuk nostalgie. Voor onderdelen is de eigenaar aangewezen op de Daf-club. „Die mensen hebben alles. Een monteur vinden is een stuk moeilijker. Van die jonge sleutelaars hebben hier niets meer mee. Die kunnen nergens hun laptop op aansluiten.”
Het transportmiddel voor lakens en handdoeken roept emoties op. De bestelauto is een bezienswaardigheid. Toeristen pakken hun camera’s om het stuk Hollands fabrikaat vast te leggen. Wenting is eraan gewend. „Regelmatig vragen mensen mij wat voor merk dit is. Ook Nederlanders. Onbegrijpelijk.” Bij de politie is de 33 een bekende. „Agenten en parkeerwachters ontzien hem.”
Wenting is gehecht aan zijn vierwieler. „Als-ie een paar dagen naar de garage moet, mis ik hem echt. Je levert een stuk comfort in, maar je krijgt een brok nostalgie terug.” ’s Nachts ’slaapt’ het Dafje binnen. Bij viersterrenhotel Crowne Plaza in de garage. „Prachtig gezicht tussen al die dure Ferrari’s en Mercedessen. Maar ik zou echt niet willen ruilen.”