Cultuur & boeken

Maria van Hongarije leek meer op non dan op vorstin

Een van de rijkste historische bronnen is het archief van een vorst. Wie zich als historicus in personen uit de zestiende eeuw wil verdiepen, komt doorgaans uit bij de elite. Zo promoveerde onlangs Jacqueline Kerkhoff op het hof van Maria van Hongarije (1505-1558).

Dr. R. P. de Graaf
29 April 2009 10:54Gewijzigd op 14 November 2020 07:49
Maria van Hongarije stond om vijf uur op om te ontbijten en toilet te maken. Twee uur later kwam de kapelaan om de mis te lezen. Portret naar een schilderij uit 1548 van de Italiaanse kunstenaar Titiaan. Foto Rijksmuseum Amsterdam
Maria van Hongarije stond om vijf uur op om te ontbijten en toilet te maken. Twee uur later kwam de kapelaan om de mis te lezen. Portret naar een schilderij uit 1548 van de Italiaanse kunstenaar Titiaan. Foto Rijksmuseum Amsterdam

Maria werd in Brussel geboren als Maria van Habsburg, zuster van de bekende Karel V. Zij leefde in het buitenissige herfsttij der middeleeuwen. Haar levensverhaal is snel verteld. Na een gelukkige jeugd huwde ze in 1522 de Hongaarse koning Lodewijk II. Het duurde maar vier jaar, want in 1526 sneuvelde de jonge koning in de strijd tegen de oprukkende Turken bij Mohács.Diepbedroefd trok Maria naar haar familie, waar keizer Karel haar belastte met het regentschap over de Nederlanden. Hoewel de haar toegezegde bruidsschat niet werd betaald –en zij dus afhankelijk was van steun uit de eigen dynastie– weigerde zij te hertrouwen en kleedde zij zich als weduwe. Ze leek daardoor meer op een non dan op een vorstin. Met één uitzondering, namelijk als ze op jacht was. Misschien was dit wel het enige wereldse genot waarvan ze met volle teugen wilde blijven genieten. Op een tapijt van Bernard van Orley zien we een andere Maria, die vanaf haar paard in het Zoniënwoud ruiters en honden aanvuurt.

Modernisering

Zij hield hof in Mechelen, Wenen, Innsbruck, Boedapest, Praag en Brussel. Jacqueline Kerkhoff is haar als het ware nagereisd en heeft in allerlei archieven en publicaties gezocht naar sporen van de hofhouding van Maria. Een van haar conclusies is dat ook zij heeft bijgedragen aan de modernisering van het hof. Waren in de middeleeuwen de begrippen hof en staat welhaast synoniem –dus de edelen aan het hof waren ook degenen die bij de belangrijkste beslissingen waren betrokken– juist de Habsburgers wilden een grotere scheiding tussen hof en staat. Het liefst zagen zij simpele belastingen die voor iedereen golden en in plaats van honderden goedgekeurde munten wilden zij een zilveren en een gouden gulden. Tevergeefs: de plannen liepen stuk op het conservatisme van de Nederlanders.

Haar hof werd bestuurd als een staat. Aan de top zetelde het bureau, dat bestond uit de schatmeester, de penningmeester, de controleur, de griffier en de klerk. Hier werden alle dagelijkse inkomsten en uitgaven bijgehouden en iedere twee weken werd er recht gesproken over boosdoeners, vloekers, dronkaards, ruziemakers en over hen die plicht of dienst verzaakten. Dit alles op straffe van schorsing, stopzetten van salaris, boetes of zelfs ontzetting uit het ambt en verwijdering van het hof.

Maria stond op om 05.00 uur om te ontbijten en toilet te maken. Twee uur later arriveerde de kapelaan met twee knapen in het vrouwenverblijf om de mis te lezen. Meestal werden staatszaken daarna afgehandeld en werd na een uitvoerig middageten de middag aan de jacht besteed. De avonden duurden tot hooguit 21.00 uur en werden gevuld met muziek of literatuur. Bron van de muziek was de kapel. De kapel verzorgde dagelijks liturgische vieringen (in het gregoriaans en meerstemmig) onder leiding van een kapelmeester en met medewerking van zes koorknapen, zes tot twaalf zangers (bas, tenor, alt), een organist, een orgelstemmer en een orgelblazer.

Dankgebed

Het diner begon tussen 10.00 en 11.00 uur en duurde twee uur. Wanneer iedereen aan tafel zat, sprak een page een dankgebed uit. In de instructie voor de pages wordt op dit punt geen detail overgeslagen: „Als men je vraagt het gebed voor het eten uit te spreken, neem je een vrome houding aan, je vouwt je handen eerbiedig en je kijkt naar de ceremoniemeester of naar het kruisbeeld als dat er is. Bij de naam van Jezus of Zijn heilige Moeder buig je beide knieën. Als die taak aan een ander wordt toevertrouwd, moet je met evenveel toewijding luisteren en antwoorden.”

Het is hierin dat Kerkhoffs studie uitblinkt. Wie iets wil weten over ambten, namen, prijzen enzovoorts met betrekking tot het hof, vindt een antwoord. Slechts een enkele keer slaat ze plank mis, zoals in haar zienswijze dat „toernooien een vast onderdeel bij feesten” waren. Het valt haar al op dat deze „door tijdgenoten dan ook lang niet altijd uitvoerig [worden] beschreven” Neen, het niet noemen is verklaarbaar, omdat toernooien in Maria’s dagen hun beste tijd gehad hadden. Zelfs die zij noemt, in Binche in 1549, is onecht omdat vooraf reeds was bepaald dat Filips II zou winnen. Nogal een verschil met die van honderden jaren eerder, toen ze soms bloediger waren dan echte veldslagen, en om die reden door de paus verboden werden.

Gluren

Een echt kritiekpunt is dat Kerkhoff niet aangeeft wat de invloed van het hof was op politiek, sociaalcultureel en religieus gebied – juist haar hof stond bekend als pro-luthers! Curieus is ook dat Maria zelf nauwelijks in beeld komt, dus de hoofdtitel van het boek is niet correct. Alles draait om de inrichting van het hof. Zelf zegt ze ook dat ze geen synthese heeft beoogd („Ook ik maak me daaraan schuldig” – sic). Dat geeft de lezer een beetje het gevoel dat hij met een soort camera door iemands huis gluurt en zelf mag raden wie er woont. Een groter verschil met Huizinga’s Herfsttij is niet denkbaar.

N.a.v. ”Maria van Hongarije en haar hof (1505-1558). Tot plichtsbetrachting uitverkoren”, door Jacqueline Kerkhoff; uitg. Verloren, Hilversum, 2008; ISBN 978 90 655 0941 3; 359 blz.; € 29,-.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer