Interne markt zorgt voor meer welvaart
De interne markt in de Europese Unie, die tien jaar geleden tot stand is gebracht, heeft volgens de thans verantwoordelijke commissaris Bolkestein grote voordelen opgeleverd.
Eind 1992 vielen de grenscontroles weg en werd een vrij verkeer van goederen, diensten, mensen en kapitaal gerealiseerd. Volgens berekeningen die Bolkestein dinsdag presenteerde, zorgde deze ontwikkeling in het afgelopen decennium voor een extra welvaart binnen de EU van 877 miljard euro. Dat betekent zo’n 5700 euro per huishouden.
De werkgelegenheid breidde erdoor uit met circa 2,5 miljoen banen. Het gezamenlijk bruto binnenlands product lag vorig jaar 1,8 procent hoger dan het geval zou zijn geweest zonder de eenheidsmarkt.
Een ander aspect betreft de prijzen. Voor de burger zijn dankzij de verhevigde concurrentie veel producten goedkoper geworden. Bolkestein noemde in het bijzonder de tarieven van binnenlandse telefoongesprekken, die ongeveer halveerden, en van vliegreizen, die in doorsnee zo’n 40 procent daalden.
De verschillen in de prijs van een consumptieartikel tussen diverse delen van de Unie zijn verkleind. In 1990 had de kloof tussen het duurste en het goedkoopste land een omvang van gemiddeld 21,4 procent. In 1998 was dat 14,4 procent.
De interne markt is overigens nog niet op alle terreinen voltooid. Bolkestein wil vooral in de sfeer van de diensten (bankwezen, verzekeringen, uitzendwerk en dergelijke) nieuwe initiatieven ontplooien.
Voorts zijn veel lidstaten te traag met het vertalen van EU-regels in hun eigen nationale wetgeving. Er lopen meer dan 1500 procedures van de Europese Commissie tegen overheden die niet op tijd aan hun verplichtingen voldoen.