Lange celstraffen voor militieleden Oost-Timor
Een rechtbank in Oost-Timor heeft tien leden van een Indonesische militie veroordeeld tot lange celstraffen wegens misdaden tegen de mensheid. Drie mannen kregen de maximumcelstraf van 33 jaar, zo meldde de BBC dinsdag.
Twee jaar geleden sprak de bevolking van Oost-Timor zich in een referendum massaal uit voor onafhankelijkheid. De volksraadpleging ging gepaard met ernstige gewelddadigheden. Milities die de Indonesische regering ondersteunden trokken een spoor van vernieling en geweld.
De rechtbank achtte de tien mannen schuldig aan de moord op twee nonnen, drie priesters en een Indonesische journalist. De milities vielen in september 1999 een konvooi aan waarin de slachtoffers zaten. De rechtbank legde straffen op wegens onder meer marteling, moord, gedwongen deportatie en vervolging. Drie keer werd 33 jaar cel uitgesproken, de overige straffen variëren van vier tot 23 jaar.
In Oslo is gisteren de VN-donorconferentie voor Oost-Timor van start gegaan. De conferentie werd geopend door voormalig Nobel-laureaat voor de vrede Jose Ramos-Horta. Hij riep de internationale gemeenschap op om het jarenlang door geweld verscheurde eilandstaatje te helpen bij de wederopbouw.
Volgend jaar, waarschijnlijk op 22 mei, wordt Oost-Timor volledig onafhankelijk. Tot die tijd oefenen de Verenigde Naties het interim-bestuur uit over het land. Ook VN-secretaris-generaal Kofi Annan sprak de conferentie toe. Hij riep de 21 aanwezige donorlanden op om betrokken te blijven bij de ontwikkelingen in Oost-Timor. Volgens Annan wordt in Oslo onderhandeld over 350 miljoen dollar steun over een periode van drie jaar.
De bevolking van Oost-Timor stemde in 1999 in een referendum voor onafhankelijkheid van Indonesië. Dat was de voormalige Portugese kolonie in 1975 binnengevallen. In de jarenlange guerrillastrijd tegen het Indonesische leger zijn 200.000 Timorezen om het leven gekomen, ongeveer een kwart van de bevolking.
Geweld Ambon
Zeker vier mensen zijn om het leven gekomen en meer dan tien gewond geraakt door een ontploffing gisteren op een schip in de baai van Ambon. Twee mensen worden nog vermist. Een militaire woordvoerder op Ambon zei dat er na een grote explosie op het schip brand uitbrak. Er waren op dat moment 43 mensen aan boord.
Het vaartuig, de California, diende voor transport van christelijke Indonesiërs op de Molukken, waar extremistische bewapende moslimgroeperingen dood en verderf zaaien. Christenen verdenken moslims ervan achter de explosie op het schip te zitten.
De baai van Ambon is geregeld het toneel van ’zeeslagen’ tussen moslims en christenen, die met speedboten uitrukken. Het gisteren getroffen schip vervoerde christenen van het ene naar het andere christelijke gebied. De twee geloofsgroepen leven strikt gescheiden sinds het geweld de gemeenschap uiteenscheurde. Er zijn sinds 1999 zeker 5000 doden gevallen door gevechten en wreedheden tegen burgers. De extremistische moslimgroepering Laskar Jihad poogt de eilanden te zuiveren van christenen.