Kleine luyden op Walcheren
Van de afgescheidenen in de eerste helft van de 19e eeuw gold bij uitstek dat het kleine luyden waren, zowel qua opleiding als qua welstand. Daarom is het temeer opvallend dat tot de ledeboeriaanse gemeente op Walcheren een rijke jonkheer behoorde. Een man die niet schroomde om zijn bezittingen in dienst te stellen van Gods Kerk.
Zo vergaderden de Middelburgse ledeboerianen in het herenhuis van jonkheer Versluijs aan de Lange Delft. In de grote binnentuin die daarbij hoorde, werd later een forse kerk gebouwd, die een uitgang kreeg naar de Segeerstraat. Al eerder werden er kerkdiensten gehouden in zijn landhuis op Sint Jan ten Heere. Daaruit zijn later de verschillende gereformeerde gemeenten in de Walcherse dorpen ontstaan.Versluijs betaalde ook de boetes die in de beginjaren door de overheid werden opgelegd, omdat men zonder toestemming met meer dan twintig mensen bij elkaar kwam. Later vermaakte hij een belangrijk deel van zijn vermogen aan de ledeboeriaanse gemeente.
Vandaar ook dat het onlangs verschenen boek over de geschiedenis van de gereformeerde gemeente van Middelburg hier uitgebreid aandacht aan besteedt. Dit boek behandelt de periode tot 1918. Het is de bedoeling dat er nog een tweede deel verschijnt. Een probleem voor de auteur, W. M. Sturm, was wel dat de kerkenraadsnotulen uit de 19e eeuw (op één bladzijde na) verloren zijn gegaan. Wel waren een aantal brieven en levensbeschrijvingen bewaard gebleven van mensen die nauw bij de gemeente betrokken waren. Daaruit heeft hij rijkelijk geput. Die documenten geven tevens inzicht in het bevindelijk leven.
Licht en schaduw
Ook in dit boek blijkt dat er in het kerkelijke verleden licht en schaduw zijn. Ja, dat beide vaak door elkaar lopen. De breuk tussen de ledeboerianen en de afgescheidenen betrof niet alleen de kwestie van de vrijheidsaanvrage, maar ook die van de psalmberijming. Onder invloed van ds. H. J. Budding was men teruggekeerd naar de psalmen van Datheen. Maar in later jaren voelde men zich niet meer aangetrokken tot Budding, die toen op de linkervleugel van de Afscheiding opereerde.
De beide ledeboeriaanse voorgangers David Janse en Jan Vader konden het niet met elkaar vinden. Vader vond dat Janse in zijn preken „de honing in de Schrift liet liggen en die niet meedeelde aan de vermoeiden en amechtigen.” Dat was geen kleine beschuldiging. Maar doordat Vader zich met zijn Meliskerkse gemeente van de ledeboerianen afscheidde en zich bij de kruisgemeenten voegde, kwam oefenaar Kersten in later jaren in Meliskerke terecht. Van daaruit kon hij gemakkelijk contacten leggen met de ledeboeriaanse gemeenten om het samengaan in één kerkverband te bevorderen. Ook hier geldt: Wie kan Gods wijs beleid doorgronden.
Schrikkelijk verval
Ds. Van Oordt, die van 1907 tot 1918 de gemeente diende, had het er niet gemakkelijk. Er werden ernstige beschuldigingen ingebracht tegen zijn levenswandel. De dominee beleed op de kansel en tegenover de kerkenraad dat hij de schijn des kwaads op zich geladen had. In die tijd werd er ook bij de classis een bezwaarschrift ingediend met betrekking tot „het schrikkelijk verval in de gemeente Middelburg.”
Wat was het geval? Ds. Van Oordt had ten behoeve van de verlichting van zijn huis aansluiting gekregen op het gasnet. De kerkenraad wilde daartegen niet optreden en de bezwaarmaker vond dat daarmee werken op zondag gesanctioneerd werd. In het boek wordt ten onrechte gesproken over aardgas. Het ging hier uiteraard over gas dat in de plaatselijke gasfabriek uit steenkool gewonnen werd. Daar was zondagsarbeid voor nodig.
Aan het begin van de vorige eeuw waren er problemen met de jeugd op de galerij. Nu was er iemand aangesteld om daar toezicht te houden. Die droeg niet voor niets de naam van stokman. De kerkenraad had voor hem zelfs een Spaans riet aangeschaft. Maar de klacht was dat stokman Roose nogal eens sliep tijdens de dienst. Op die manier straalde hij natuurlijk geen gezag uit.
Zo was er aan het eind van de 19e eeuw ook een groep jongens die van plan was een kerkdienst te verstoren. De aanvoerder liet echter na om het afgesproken signaal te geven. De preek had hem in het hart geraakt. Later diende hij nog vele jaren de Middelburgse gemeente als ouderling.
N.a.v.”De burg gebouwd”, door W. M. Sturm (deel 1 van ”Gods hand over de burg”); uitg. kerkenraad gereformeerde gemeente Middelburg-Centrum, Middelburg, 2008; ISBN 978 90 813720 1 5; 263 blz.; € 17,50; te bestellen door € 21,50 over te maken op rekening 38.53.23.115 t.n.v. Ger. Gem. Middelburg-C te Middelburg.