Wekelijks 5000 kilo post voor militairen Afghanistan
Het thuisfront stuurt de Nederlandse militairen in Afghanistan wekelijks in totaal niet minder dan 5000 kilo brieven en pakketjes met snuisterijen. Een logistieke opgave waarvoor de Militaire Post Organisatie in Utrecht verantwoordelijk is. „Bij 55 graden wordt hazelnootpasta chocolademelk.”
De sfeer op de werkvloer van de MPO, gehuisvest boven TNT Post in Utrecht, is deze donderdagochtend te vergelijken met een krantenredactie. Het loopt tegen 8.30 uur en de deadline voor de wekelijkse verzending van post naar Afghanistan verstrijkt om 10.00 uur. Voor de werknemers is het nog even flink aanpoten om ook de laatste pakketjes aan de flinke dozen met post toe te voegen.Het is tegen de klok van tien als een jongedame nog even langskomt bij de MPO. Ze is voor haar werk in de buurt en wil namens haar en enkele vrienden een pakket versturen naar een relatie in Uruzgan. Adri Toor, verantwoordelijk voor alle postlijnen, haalt het pakket door de scanner. Geen bijzonderheden.
„U hebt geluk, mevrouw, de post naar Afghanistan gaat over een half uurtje de deur uit. Zondagmorgen is uw pakketje in Kandahar. Als het een beetje meezit, is het maandag al in Tarin Kowt.”
Helemaal zeker is dat volgens Toor niet. „Het ligt eraan of er een helikopter of ander vliegtuig beschikbaar is op de basis in Kandahar om de post naar Tarin Kowt te vliegen. Als de plaatselijke Nederlandse commandant bepaalt dat de toestellen op dat moment nodig zijn voor het vervoer van onderdelen die een hogere prioriteit hebben dan post, kan het wat langer duren.”
NAPO-nummer
Aan de muur van de centrale hal waar alle post wordt verwerkt, verbeeldt een serie gekleurde A4’tjes de locaties in Afghanistan. Onder elk papier staat een flinke doos waarin de gesorteerde post verdwijnt. „In Tarin Kowt heeft elke compagnie haar eigen NAPO-nummer (Netherlands Armed Forces Post Office, BM)”, zegt Toor. „Op basis daarvan is het voor de collega’s daar makkelijker om de post over de hele groep van 800 man te verdelen.” Tarin Kowt kent daarom zeven gele A4’tjes met nummers. Deh Rawod heeft twee groene blaadjes en Kandahar twee roze.
Om het thuisfront wegwijs te maken in het verzenden van postpakketjes naar hun geliefden in het buitenland, zijn Toor en zijn medewerkers ook actief op dagen waar de familieleden allerlei praktische informatie krijgen over een missie. „We waarschuwen de achterblijvers dat een pakketje bijvoorbeeld niet zwaarder mag zijn dan 2 kilo. Bovendien mogen ze geen vloeibare spullen opsturen.”
Toor wijst op een pallet met afgekeurde pakketjes die teruggaan naar de afzender. Met zijn hand grist hij een exemplaar uit de stapel. „Deze komt uit Beekbergen. Onze scanner signaleerde dat er vier potten chocoladepasta in zaten. Dat mag dus niet. Bij 55 graden heeft het broodbeleg de vervelende eigenschap chocolademelk te worden. Je kunt je voorstellen wat er gebeurt als de boel gaat lekken tussen de andere poststukken. Een tekening van een kind voor zijn vader kan onherstelbaar beschadigd raken. Voor zo’n man is dat een enorme teleurstelling. Dat willen we dus niet.”
Boerka
Medewerkers van de MPO zijn niet bevoegd om pakketjes open te maken. De scanner, eigendom van de douane, neemt de meeste twijfel over de inhoud echter al weg. Toor komt in zijn werk van alles tegen. Op het scherm tovert hij wat recente beelden tevoorschijn. Hij glimlacht als twee U-vormige elementen op het beeldscherm verschijnen. „Rookworsten, lekker van thuis.”
Het kan echter nog veel gekker, weet Toor. „Bij een zending van de militairen naar het thuisfront -in de omgekeerde volgorde dus- zat een keer een boerka die een van de soldaten naar zijn vrouw stuurde. Een geintje.”
Soms krijgt een zending met onnodig oponthoud te maken doordat de lokale autoriteiten dwarsliggen. „Zo’n situatie kan zich voordoen als familieleden bijvoorbeeld de Panorama of de Nieuwe Revu naar hun geliefden in Afghanistan sturen. Als die blaadjes open en bloot in een pakket zitten, zonder envelop eromheen, kan dat vooral in islamitische landen de nodige problemen opleveren. Daarvoor waarschuwen we het thuisfront regelmatig. We zitten er niet op te wachten dat kleine dingen de grote stroom post ophouden.”
Marine
Hoewel de wekelijkse postzending naar Afghanistan de grootste is, bedient de MPO ook ander defensiepersoneel dat over de hele wereld verspreid zit. Van de defensieattaché in China tot de waarnemer in Sudan, Congo of Kenia.
Post voor uitgezonden marinepersoneel is een lastiger verhaal. Immers, hoe krijg je het spul op een schip dat ergens in de wateren voor Somalië vaart of op een onderzeeër die slechts af en toe komt ’bovendrijven’? „Wij weten precies waar en wanneer een onderzeeboot even adem komt happen of een marinefregat aan wal gaat. In overleg met onze collega’s van de Defensie Verkeers- en Vervoersorganisatie voegen wij de post bij de zending met reserveonderdelen.”
Een pakketje mag dan in zeldzame gevallen niet op de plaats van bestemming aankomen, de militaire postlijnen zijn uiterst betrouwbaar, zegt Toor niet zonder trots. „Als er geruchten zijn over een nieuwe missie, denk ik alvast na over wat de mogelijkheden zijn voor verzendingen naar het gebied.”
Hij staat er niet dagelijks bij stil, maar soms wordt Toor weer met de neus op de feiten gedrukt hoeveel waarde het thuisfront hecht aan contact met geliefden via de post. „Ontroerend was het toen een jochie op een thuisfrontdag met een pakket naar me toe kwam met de vraag of ik het naar zijn vader in Afghanistan wilde sturen. Toen ik het had aangepakt, kwam het ventje even later terug om een „kus voor pappie” op het pakket te geven. Daar doe ik het voor.”
Militaire Post Organisatie
De MPO verstuurt brieven en pakketjes naar al het defensiepersoneel in het buitenland dat op schepen, onderzeeërs en 250 overige locaties werkzaam is. Ze maakt gebruik van zogeheten NAPO nummers, een uniek nummer dat gerelateerd is aan een bepaalde locatie of eenheid. De MPO is ook verantwoordelijk voor de militaire post naar alle kazernes in Nederland.
Militairen mogen portvrij verzenden.
Per dag frankeert de MPO circa 10.000 poststukken. Er werken 35 militairen en burgers en er zijn zes vacatures.
Vroeger was de MPO onderdeel van de Koninklijke Landmacht (veldpost). Sinds 2003 verstuurt ze post naar alle defensieonderdelen.
„Ik doe het voor onze jongens en meiden”
Marjan van Ginkel is momenteel zo’n drie jaar werkzaam bij de MPO. Ze werkte eerst bij TNT Post, maar dat beviel haar niet langer. „TNT was veel te groot. Hier werk ik in een kleine groep mensen. Dat maakt het veel aantrekkelijker.”
Voor Van Ginkel is het wereldje van defensie niet onbekend. Sterker nog, haar man is een gepensioneerde marineman die veel op zee was. „Ik weet daarom heel goed hoe belangrijk het is dat uitgezonden militairen regelmatig wat horen van het thuisfront. Ik doe dit werk voor onze jongens en meiden.
Op thuisfrontdagen praat Van Ginkel met de achterblijvers en ze geeft er voorlichting. „Op zo’n dag ervaar ik hoe het thuisfront ons werk waardeert. Dat stimuleert me nog meer om met dit werk door te gaan.”