Geen wapens in woningen
Het bloed spatte vorige week weer van alle voorpagina’s. Terwijl in de Amerikaanse staat Alabama de 28-jarige Michael McLendon tien mensen doodschoot –onder wie vier familieleden– alvorens de hand aan zichzelf te slaan, zaaide een paar uur later de 17-jarige Tim Kretschmer eveneens dood en verderf op en rond zijn voormalige school in het Zuid-Duitse Winnenden.

Kretschmer was niet de eerste amokmaker –zoals de Duitsers dergelijke personen plegen te noemen– van Winnenden, aldus de Frankfurter Allgemeine van 13 maart. Ruim 95 jaar geleden ging de destijds 39-jarige Ernst August Wagner hem voor. In de ochtend van 4 september 1913 bracht hij zijn vrouw en hun vier kinderen met messteken om het leven.Vervolgens trok Wagner, gewapend met drie pistolen en meer dan 500 patronen, naar Mühlhausen, waar hij als jonge man docent was geweest. Daar stak hij verschillende gebouwen in brand en schoot op iedereen die hij tegenkwam, totdat zijn kogels op waren en hij kon worden overmeesterd. Negen inwoners van Mühlhausen vonden de dood, elf anderen raakten zwaargewond.
Als reden voor zijn optreden noemde Wagner schaamte en gewetenswroeging over het feit dat hij ontucht had bedreven met dieren. Op de burgers van Mühlhausen had hij zich willen wreken wegens hun leedvermaak. Dat bleek echter alleen in de fantasie van Wagner te bestaan. Navraag leerde dat niemand in het dorp van het voorval had geweten.
Hoe bitter het leed ook is voor de nabestaanden en andere betrokkenen rond de gebeurtenissen van afgelopen week, dit voorbeeld moge dienen ter relativering van alle voorvechters van de ‘maakbare samenleving’, die zeggen dat zoiets nooit meer mag gebeuren. Sinds Genesis 3 is er niets nieuws onder de zon: Alabama en Winnenden waren niet de eerste schiet-incidenten en zullen ook niet de laatste zijn.
Evenmin nieuw, hoewel van veel recenter datum, zijn schietpartijen op scholen. Sinds het eerste geval eind december 1974 op een school in Olean in de Amerikaanse staat New York bedroeg het aantal tot 2006 –aldus een telling van de Duitse website ad-hoc.news.de– 99: 74 in de VS, 6 in Duitsland, 6 in Canada en 13 andere „gelijkmatig over de wereld verspreid.”
Na iedere schietpartij rollen deskundigen over elkaar heen om het voorval te verklaren. Steevast duikt dan hetzelfde beeld op. De dader is bijna altijd mannelijk, heeft een voorliefde voor wapens, voelt zich een verschoppeling, is onopvallend, komt uit de ‘betere’ milieus en speelt urenlang achter elkaar gewelddadige computerspelletjes. Een beschrijving die ongetwijfeld juist is, maar niet de vraag beantwoordt waarom ‘slechts’ een enkeling eens in de zoveel tijd tot geweld overgaat, terwijl legio anderen met dezelfde ‘profielschets’ nooit de krantenkoppen halen.
Ook tussen de toegang tot vuurwapens en het aantal schietincidenten ligt geen een-op-eenrelatie. Toch blijkt de combinatie geesteszieke-vuurwapen telkens weer dodelijk. Het voorbeeld van de VS spreekt boekdelen. Het land heeft het recht op vuurwapenbezit in de grondwet verankerd, maar is tegelijkertijd onbetwist koploper wat betreft schietincidenten op scholen.
Een strenge wapenwet kan geen schietincidenten voorkomen. Dat bleek vorige week wel in Duitsland, waar de wetgeving op dit gebied al behoorlijk strak is. Weliswaar bezat vader Kretschmer een wapenvergunning, maar als hij de bijbehorende regels had nageleefd, had zijn zoon nooit met zijn pistool aan de haal kunnen gaan.
Tegelijk toont het voorval aan dat wapens –instrumenten bedoeld om te doden– zo veel mogelijk uit de samenleving moeten worden geweerd en moeten blijven waar ze horen: in kazernes en op politiebureaus. In ieder geval niet in woonhuizen.
Dick Tromp
Reageren aan scribent? buza@refdag.nl.