Dat bleek woensdag na afloop van een urenlange sessie waarin de Kamer hulpverleners, journalisten en wetenschappers sprak over de effectiviteit van noodhulp. Aanleiding voor de bijeenkomst was het kritische boek De crisiskaravaan van journaliste Linda Polman, die het spits van de bijeenkomst afbeet. De schrijfster zei dat hulporganisaties zich te weinig rekenschap geven van de negatieve effecten die noodhulp kan hebben.Als voorbeelden noemde ze het verlengen van oorlogen of het misbruiken van de honger van de bevolking door verkeerde regeringen, zoals in Ethiopië. Ontvangers van de hulp in gebieden waar die al lang wordt gegeven hebben geleerd hoe ze die hulp kunnen manipuleren, stelde zij. Volgens Polman is met de hulpindustrie een „monster gecreëerd".

Wetenschappers en directeuren van hulporganisaties erkenden dat noodhulp misbruikt kan worden door strijdende partijen, maar stelden ook dat het beeld dat door het boek is ontstaan te generalistisch en simpel is. Ze speelden de bal ook terug naar de politiek.

Zo stelde voorzitter Farah Karimi van de Samenwerkende Hulporganisaties (SHO) dat de humanitaire hulp ook steeds vaker werd gebruikt om maar niet op politieke of economische wijze in actie te komen. „Wat doe je dan als hulporganisatie met het mandaat om levens te redden: ga je actie ondernemen en politici aanjagen of levens redden?".

Volgens VVD–Tweede Kamerlid Arend Jan Boekestijn, die de hoorzitting had georganiseerd, reageerde een aantal directeuren volstrekt onterecht beledigd op het boek van Polman. „Waar bent u bang voor, niemand in de Tweede Kamer wil noodhulp afschaffen, zelfs Verdonk en Wilders niet", hield hij de hulporganisaties voor.

Kees Vendrik van Groenlinks noemde de bijeenkomst „een nuttige bijles noodhulp" voor Boekestijn.