CDA wil Europese aanpak tegen dierenactivisten
Het CDA vindt dat Europese landen dezelfde strenge maatregelen moeten nemen tegen radicale dierenactivisten. Alleen dan kan worden voorkomen dat activisten steeds uitwijken naar landen waar ze minder te vrezen hebben van politie en justitie.
Dat zei Tweede Kamerlid Van Haersma Buma van de regeringsfractie zaterdag. Hij wil dinsdag tijdens het vragenuurtje opheldering van minister Ernst Hirsch Ballin (Justitie) over uitspraken van de Britse politie-infiltrant Adrian Radford dat dierenrechtenactivisten Nederland steeds vaker als hun thuisbasis gebruiken voor acties in andere landen. Ze zouden hierheen komen sinds de wetten in Groot-Brittannië zijn aangescherpt.Van Haersma Buma wijst erop dat soortgelijke wetgeving ook in Nederland van kracht wordt. Een Kamermeerderheid steunde deze week een wetsvoorstel tegen (voetbal)vandalisme en ernstige overlast. Op grond daarvan krijgen burgemeesters en officieren van justitie extra bevoegdheden preventief in te grijpen. Ze mogen straks een gebieds– of contactverbod opleggen.
Het CDA gaat ervan uit dat deze beoogde hardere en landelijke aanpak het antwoord is op de dreiging die er vanuit het dierenactivisme is. „Ik wil wel resultaten zien", zei Van Haersma Buma. Hij vindt verder dat er in Nederland nooit meer een trainingskamp van dierenactivisten mag plaatsvinden. Zo was er in augustus 2007 een internationaal dierenrechtenactivistenkamp in Appelscha. Met de nieuwe wet in de hand is het mogelijk daar beter tegen op te treden, aldus Van Haersma Buma.